L. overwegende dat naar twee bureaus voor technische hulp samen 62% van de totale uitgaven voor technische hulp in het kader van de programma's zijn gevloeid, en dat tot april 1995 twee van de vier leden van de raad van beheer van het ARTM tevens leiders van de beide genoemde bureaus waren, en dat derhalve gedurende verscheidene jaren sprake was van een duidelijk geval van belangenverstrengeling,
L. in Kenntnis der Tatsache, daß an zwei Büros für technische Hilfe zusammen 62 Prozent der Gesamtausgaben für technische Hilfe im Rahmen der Programme geflossen sind, und daß bis April 1995 zwei der vier Verwaltungsratsmitglieder der ARTM zugleich Leiter der beiden erwähnten Büros waren, und somit über mehrere Jahre hinweg ein offensichtlicher Fall von Interessenvermischung vorlag,