Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 10 juni 2001 blijkt dat de wijziging « wordt ingegeven door de bekommernis het justitieel apparaat niet nodeloos te belasten » (Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-1142/001, pp. 17 en 18).
Aus den Vorarbeiten zum Gesetz vom 10. Juni 2001 geht hervor, dass die Abänderung « auf dem Bemühen beruht, den Justizapparat nicht unnötig zu belasten » (Parl. Dok., Kammer, 2000-2001, DOC 50-1142/001, SS. 17 und 18).