13. is van mening dat het Parlement medebeslissingsbevoegdheid moet hebben op het vlak van de vestiging van het mededingingsbeleidskader; betreurt het dat in artikelen 103 en 109 van het VWEU alleen wordt voorzien in de raadpleging van het Parlement; is van mening dat dit democratisch tekort niet mag worden getolereerd; stelt voor deze leemte zo snel mogelijk op te vullen met behulp van interinstitutionele regelingen op het vlak van mededingingsbeleid, en te corrigeren bij de volgende wijziging van het Verdrag; herinnert eraan dat de politieke verantwoording van de Commissie aan het Parlement van toepassing is op het mededingingsbeleid en dat de structurele dialoog met de releva
nte commissaris een ...[+++]belangrijk instrument is waarmee degelijke democratische controle op dit vlak wordt uitgevoerd; 13. ist der Auffassung, dass es über Mitentscheidungsbefugnisse verfügen sollte, was die Festlegung des Rahmens für die Wettbewerbspolitik angeht; bedauert, dass in Artikel 103 und 109 AEUV lediglich die Anhörung des Parlaments vorgesehen ist; ist der Auffassung, dass dieses Demokratiedefizit nicht geduldet werden darf; schlägt vor, dieses Defizit so schnell wie möglich durch i
nterinstitutionelle Regelungen auf dem Gebiet der Wettbewerbspolitik aus dem Weg zu räumen und bei der nächsten Änderung des Vertrags zu korrigieren; erinnert daran, dass sich die politische Rechenschaftspflicht der Kommission gegenüber dem Parlament auch auf d
...[+++]ie Wettbewerbspolitik erstreckt und dass der strukturierte Dialog mit dem dafür zuständigen Mitglied der Kommission ein wichtiges Instrument zur Ausübung einer soliden demokratischen Kontrolle in diesem Bereich darstellt;