Deze beperking van het recht van de belastingplichtige op aftrek van de BTW heeft evenwel geen betrekking op kosten voor voertuigen die deel uitmaken van de vlottende middelen van de belastingplichtige; bovendien dient de forfaitaire beperking van het recht op aftrek niet van toepassing te zijn wanneer een voertuig voor ten hoogste 5% voor privé-doeleinden wordt gebruikt. In die gevallen blijven de normale regels inzake de aftrek van artikel 17, lid 2, van Richtlijn 77/388/EEG van toepassing.
Diese Beschränkung des Vorsteuerabzugs soll jedoch nicht für Ausgaben im Zusammenhang mit Fahrzeugen gelten, die Umlaufvermögen des Steuerpflichtigen darstellen. Darüber hinaus soll die pauschale Beschränkung des Vorsteuerabzugs nicht gelten, wenn ein Fahrzeug höchstens bis zu 5 % für private Zwecke genutzt wird. In diesen Fällen gelten weiterhin die normalen Vorschriften über den Vorsteuerabzug in Artikel 17 Absatz 2 der Richtlinie 77/388/EWG.