11. benadrukt dat de NAVO, in geval van een aanval door gewapende strijdkrachten van een derde land op het grondgebied van de EU, garant blijft staan voor de collectieve defensie maar dat van de EU wordt verwacht dat zij solidair optreedt en de aangevallen lidstaat alle benodigde hulp biedt in overeenstemming met artikel 51 van het Handvest van de VN; is verheugd over de toename van de NAVO-capaciteiten voor deelname aan operaties buiten het grondgebied van de organisatie, en beschouwt de NAVO als het geschikte forum voor de transatlantische dialoog over veiligheidskwesties;
11. betont, dass im Falle eines Angriffs auf das Gebiet der Europäischen Union durch Streitkräfte eines Drittlandes die NATO der Garant für die kollektive Verteidigung bleibt, dass jedoch von der Union erwartet wird, solidarisch zu handeln und dem angegriffenen Mitgliedstaat jede erforderliche Hilfe in Übereinstimmung mit Artikel 51 der Charta der Vereinten Nationen zukommen zu lassen; begrüßt die zunehmende Fähigkeit der NATO, eine Rolle in Einsätzen außerhalb ihres Bündnisgebiets zu übernehmen; betrachtet ferner die NATO als ein angemessenes Forum für den transatlantischen Dialog in Sicherheitsfragen;