3. wijst erop dat de politieke en juridische voorwaarden waaraan het Verdrag van Amsterdam de ontwikkeling van de nauwere samenwerking onderwerpt, ten doel hebben het gevaar dat solidariteitsbanden tussen de lidstaten worden verbroken en de communautaire rechtsruimte uiteenvalt, te beperken, want dit gevaar is onverbrekelijk verbonden met elke differentiatie dankzij welke de lidstaten op bepaalde concrete terreinen meer kunnen integreren, met de bedoeling uiteindelijk alle lidstaten in de nauwere samenwerking op te nemen; wenst dat deze voorwaarden worden versoepeld zonder dat daardoor de solidariteit wordt aangetast;
3. erinnert daran, dass die im Vertrag von Amsterdam festgelegten politischen und rechtlichen Bedingungen für die Entwicklung der verstärkten Zusammenarbeit daraufhin ausgelegt sind, die Risiken einer nachlassenden Solidarität der Mitgliedstaaten und einer Zerstückelung des gemeinschaftlichen Rechtsraums einzudämmen; diese Risiken sind mit einer wie auch immer gearteten Differenzierung verbunden, die es einigen Staaten ermöglicht,
sich in bestimmten konkreten Bereichen stärker zu integrieren, in der Absicht, auch die anderen zu einer Beteiligung an dieser verstärkten Zusammenarbeit anzuregen; diese Bedingungen soll
...[+++]ten flexibel gehandhabt werden, ohne die Solidarität zu gefährden; 
