In tegendeel, uit artikel 4 van de richtlijn blijkt ten eerste dat de lidstaten in bepaalde gevallen, grosso modo wanneer fraude of belastingvermijding wordt vermoed, alle relevante inlichtingen moeten verstrekken (lid 1), en ten tweede is het duidelijk dat de lidstaten in andere gevallen inlichtingen kunnen verstrekken aan om het even welke lidstaat indien dit de bevoegde autoriteiten van nut kan zijn voor een juiste vaststelling van de belastingschuld (zie artikel 4, lid 3) overeenkomstig de doelstelling van artikel 1 van de richtlijn.
Im Gegenteil: Zum einen geht aus Artikel 4 der Richtlinie hervor, daß die Mitgliedstaaten in bestimmten Fällen - i.a. wenn Verdacht auf Betrug oder Steuerhinterziehung besteht - alle zweckdienlichen Informationen übermitteln müssen (Artikel 4 Absatz 1), und zum anderen ist es klar, daß ein Mitgliedstaat jedem anderen Mitgliedstaat Informationen übermitteln kann, wenn diese geeignet sind, die Steuer im Sinne von Artikel 1 korrekt festzusetzen (Artikel 4 Absatz 3).
