3. Rekening houdend met het bepaalde in artikel 94, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2454/93 stelt de Commissie, in samenwerking met het in artikel 31 bedoelde comité, uiterlijk op het tijdstip waarop een aanvraag voor bijzondere preferenties wordt ingewilligd, een niet-limitatieve lijst van criteria vast waarin de gevallen van gegronde twijfel zijn omschreven die zich in verband met deze stimuleringsmaatregelen kunnen voordoen.
(3) Im Hinblick auf Artikel 94 Absatz 5 der Verordnung (EWG) Nr. 2454/93 stellt die Kommission in Zusammenarbeit mit dem Ausschuß nach Artikel 31 spätestens zu dem Zeitpunkt, zu dem ein Antrag auf Sonderpräferenzen bewilligt wird, eine nicht erschöpfende Liste auf, in der Fälle aufgeführt sind, in denen bezüglich der Gewährung der Sonderregelung begründete Zweifel bestehen können.