Op grond van de bevoegdheid die hem is toegekend bij artikel 5, § 1, II, 2, b), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 kan de federale wetgever in beginsel erin voorzien dat het recht op maatschappelijke integratie concreet de vorm van een tewerkstelling aanneemt, zoals is bepaald bij de artikelen 60, § 7, en 61 van de wet van 8 juli 1976, die opgenomen zijn in hoofdstuk IV van die wet.
Aufgrund der ihm durch Artikel 5 § 1 II Nr. 2 Buchstabe b) des Sondergesetzes vom 8. August 1980 vorbehaltenen Zuständigkeit kann der föderale Gesetzgeber grundsätzlich vorsehen, dass das Recht auf soziale Eingliederung konkret die Form einer Einstellung annimmt, wie es in den Artikeln 60 § 7 und 61 des Gesetzes vom 8. Juli 1976 vorgesehen ist, die in Kapitel IV dieses Gesetzes aufgenommen wurden.