Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "bepaling geen voldoende " (Nederlands → Duits) :

55. Uit artikel 9, lid 5, van het Verdrag van Aarhus - volgens hetwelk elke partij bij dit verdrag dient te ' overwe [gen] ' ' passende mechanismen voor bijstand ' in te stellen om financiële of andere belemmeringen voor de toegang tot de rechter weg te nemen of te verminderen - blijkt dat ook deze bepaling geen onvoorwaardelijke en voldoende nauwkeurig omschreven verplichting bevat, en dat de uitvoering of werking ervan een verdere handeling vereist.

55. Was Art. 9 Abs. 5 des Übereinkommens von Arhus anbelangt, wonach jede Vertragspartei des Übereinkommens ' die Schaffung angemessener Unterstützungsmechanismen ' prüft, um Hindernisse finanzieller und anderer Art für den Zugang zu Gerichten zu beseitigen oder zu verringern, so lässt sich dieser Vorschrift entnehmen, dass sie ebenfalls keine unbedingte und hinreichend genaue Pflicht statuiert und ihre Durchführung und Wirkungen vom Erlass eines weiteren Rechtsakts abhängen.


Rekening houdend met die uitleg, is het woord « hoofdzakelijk », dat in de bestreden bepaling wordt gebruikt teneinde de belastingplichtigen aan te wijzen die aan de vennootschapsbelasting zijn onderworpen - en indirect diegenen die aan de rechtspersonenbelasting zijn onderworpen -, een voldoende nauwkeurige, ondubbelzinnige en duidelijke term en doet geen afbreuk aan de bepaling door de wet van de essentiële elementen van de belas ...[+++]

Unter Berücksichtigung dieser Erklärung ist das Wort « hauptsächlich », das in der angefochtenen Bestimmung verwendet wird, um die Steuerpflichtigen zu bestimmen, die der Gesellschaftssteuer unterliegen - und indirekt diejenigen, die der Steuer der juristischen Personen unterliegen -, ausreichend präzise, unzweideutig und deutlich und beeinträchtigt es nicht die Festlegung der wesentlichen Bestandteile der Steuer durch das Gesetz.


De bestreden bepaling legt geen verplichte kennis van de Nederlandse taal op aan de ouders die hun kind willen inschrijven in het Nederlandstalig onderwijs, doch wil enkel voorrang verlenen aan de kinderen uit gezinnen waarvan ten minste één ouder het Nederlands in voldoende mate machtig is.

Durch die angefochtene Bestimmung wird den Eltern, die ihr Kind in den niederländischsprachigen Unterricht einschreiben möchten, keine verpflichtende Kenntnis der niederländischen Sprache auferlegt, sondern dadurch soll lediglich den Kindern aus Familien, in denen zumindest ein Elternteil das Niederländische in ausreichendem Maße beherrscht, der Vorrang gegeben werden.


De verwijzende rechter vraagt of artikel 14 van het decreet van het Vlaamse Gewest van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (hierna : het decreet natuurbehoud) een schending inhoudt van het wettigheidsbeginsel in strafzaken, al dan niet in samenhang gelezen met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, doordat die bepaling geen voldoende normatieve inhoud zou hebben om een misdrijf te kunnen definiëren.

Der vorlegende Richter fragt, ob Artikel 14 des Dekrets der Flämischen Region vom 21. Oktober 1997 über die Naturerhaltung und die natürlichen Lebensräume (nachstehend: Naturerhaltungsdekret) einen Verstoss gegen das Legalitätsprinzip in Strafsachen, gegebenenfalls in Verbindung mit dem Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung beinhalte, indem diese Bestimmung keinen ausreichenden normativen Inhalt habe, um eine Straftat definieren zu können.


De verwijzende rechter vraagt of artikel 13, § 1, van het decreet van het Vlaamse Gewest van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen (hierna : het afvalstoffendecreet) een schending inhoudt van het wettigheidsbeginsel in strafzaken, al dan niet in samenhang gelezen met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, doordat die bepaling geen voldoende normatieve inhoud zou hebben om een misdrijf te kunnen definiëren.

Der vorlegende Richter fragt, ob Artikel 13 § 1 des Dekrets der Flämischen Region vom 2. Juli 1981 über die Vermeidung von Abfällen und die Abfallwirtschaft (nachstehend: Abfalldekret) einen Verstoss gegen das Legalitätsprinzip in Strafsachen, gegebenenfalls in Verbindung mit dem Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung, beinhalte, indem diese Bestimmung keinen ausreichenden normativen Inhalt hätte, um eine Straftat definieren zu können.


1. benadrukt dat de naleving van de fundamentele arbeidsnormen (CLS) en de agenda voor waardig werk van de IAO, evenals de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en het "Global Compact"-initiatief van de Verenigde Naties, positieve gevolgen kan hebben voor nationale economieën, doordat hierdoor sociale en politieke stabiliteit ontstaat en de vaardigheden van de beroepsbevolking worden verbeterd; is in dit verband van mening dat het opnemen van een sociale clausule in WTO-overeenkomsten uiterst belangrijk is aangezien arbeidsnormen van wezenlijk belang zijn voor het behalen van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling en het bevorderen van de plaatselijke ontwikkeling in arme landen; merkt op dat de sociale ...[+++]

1. betont, dass die Einhaltung der Kernarbeitsnormen, der Agenda für menschenwürdige Arbeit der IAO, der OECD-Leitsätze für multinationale Unternehmen und des „Global Compact“ der Vereinten Nationen positive Auswirkungen auf die Wirtschaft eines Landes haben kann, weil sie die sozialpolitische Stabilität garantieren und die beruflichen Kompetenzen der Arbeitskräfte eines Landes erhöhen; ist in diesem Zusammenhang der Ansicht, dass die Aufnahme einer Sozialklausel in die WTO-Übereinkommen von größter Bedeutung ist, da Arbeitsnormen für die Umsetzung der Millenniums-Entwicklungsziele und die Steigerung der endogenen Entwicklung in armen Ländern unerlässlich sind; weist darauf hin, dass die Sozialvorschriften der Präferenzhandelsabkommen der ...[+++]


Aangezien artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, dat voorziet in een verlenging van de termijn voor hoger beroep wanneer die ingaat na het begin van de gerechtelijke vakantie, verantwoord werd door de vrees dat er geen voldoende bekendheid zou zijn nopens de tijdens die periode gedane betekening (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 138, p. 2) en aangezien een dergelijke vrees niet minder gegrond lijkt in de gevallen waarin de in het geding zijnde bepaling wordt toegepast dan in diegene waarin het geme ...[+++]

Da Artikel 50 Absatz 2 des Gerichtsgesetzbuches, der eine Verlängerung der Berufungsfrist vorsieht, wenn diese nach dem Beginn der Gerichtsferien anfängt, mit der Befürchtung begründet wird, dass eine Zustellung während dieses Zeitraums keine ausreichende Offenkundigkeit aufweisen könnte (Parl. Dok., Senat, 1969-1970, Nr. 138, S. 2), und da eine solche Befürchtung sich als nicht weniger begründet erweist in den Fällen, wo die fragliche Bestimmung angewandt wird, als in denjenigen, wo das Gemeinrecht angewandt wird, führt diese Bestimmung zu einer unverhältnismässigen Einschränkung der Rechte der Verteidigung der Parteien und hält sie der ...[+++]


Uit het merendeel van de verstrekte antwoorden kan worden opgemaakt dat de lidstaten geen bijzonder proactieve interpretatie aan artikel 3, lid 4, hebben gegeven en dat er overwegend wordt gedacht dat het verstrekken van een toegangsmogelijkheid (in een of andere vorm) voldoende is om aan deze bepaling te voldoen.

Die meisten Antworten lassen darauf schließen, dass die Mitgliedstaaten Artikel 3 Absatz 4 nicht besonders proaktiv auslegen; die meisten sind der Ansicht, dass sie den in dem Artikel genannten Anforderungen bereits nachkommen, wenn sie den zuständigen Behörden den potenziellen Zugang (in irgendeiner Form) ermöglichen.


Aangezien artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, dat voorziet in een verlenging van de termijn voor hoger beroep wanneer die ingaat na het begin van de gerechtelijke vakantie, verantwoord werd door de vrees dat er geen voldoende bekendheid zou zijn nopens de tijdens die periode gedane betekening (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 138, p. 2) en aangezien een dergelijke vrees niet minder gegrond lijkt in de gevallen waarin de in het geding zijnde bepaling wordt toegepast dan in diegene waarin het geme ...[+++]

Da Artikel 50 Absatz 2 des Gerichtsgesetzbuches, der eine Verlängerung der Berufungsfrist für den Fall vorsieht, dass diese Frist nach Beginn der Gerichtsferien beginnt, durch die Sorge um eine eventuell unzureichende Kenntnis der während dieses Zeitraums vorgenommen Zustellung gerechtfertigt wurde (Parl. Dok., Senat, 1969-1970, Nr. 138, S. 2) und da eine solche Sorge in den Fällen, in denen die beanstandete Bestimmung angewandt wird, nicht weniger begründet zu sein scheint als in den Fällen, in denen das gemeine Recht angewandt wird, hat diese Bestimmung zur Folge, dass die Rechte der Verteidigung der Parteien auf unverhältnismässige We ...[+++]


2. a) Ter bepaling van de aanvaardbaarheid van de transactiewaarde voor de toepassing van lid 1 vormt de omstandigheid dat de koper en de verkoper onderling verbonden zijn, op zich geen voldoende reden om de transactiewaarde als niet aanvaardbaar aan te merken.

(2) a) Bei der Feststellung, ob der Transaktionswert im Sinne des Absatzes 1 anerkannt werden kann, ist die Verbundenheit von Käufer und Verkäufer allein kein Grund, den Transaktionswert als unannehmbar anzusehen.




Anderen hebben gezocht naar : bepaling     onvoorwaardelijke en voldoende     bestreden bepaling     doet     voldoende     bepaling legt     nederlands in voldoende     doordat die bepaling geen voldoende     geen bepaling     aangezien er     hierop voldoende     geding zijnde bepaling     er     geen voldoende     aan deze bepaling     lidstaten     andere vorm voldoende     ter bepaling     zich     zich geen voldoende     bepaling geen voldoende     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'bepaling geen voldoende' ->

Date index: 2023-09-22
w