Wordt binnen termijn 2 geen overeenstemming bereikt, dan stelt de voorzitter van de deelnemers aan deze sectorovereenkomst („de voorzitter”) alles in het werk om binnen een, direct op termijn 2 aansluitende, termijn van 20 werkdagen („termijn 3”) tot een consensus tussen de deelnemers te komen.
Wird während der zweiten Frist keine Einigung erzielt, bemüht sich der Vorsitzende der Teilnehmer dieser Sektorvereinbarung (im Folgenden ‚Vorsitzender‘) nach besten Kräften, innerhalb von zwanzig Arbeitstagen (im Folgenden ‚dritte Frist‘) unmittelbar im Anschluss an die zweite Frist, eine Konsensfindung zwischen den Teilnehmern zu erleichtern.