3. De lidstaten berekenen de algemene indicator DSi2 door het aantal VRG’s dat met de in de bijlagen I, II en III van Richtlijn 2007/2/EG vermelde thematische categorieën overeenstemt, dat conform is met de in artikel 7, lid 1, bedoelde uitvoeringsbepalingen en waarvoor de overeenkomstige metagegevens conform zijn met de in artikel 5, lid 4, van die richtlijn bedoelde uitvoeringsbepalingen, te delen door het totale aantal VRG’s dat met de in die bijlagen vermelde thematische categorieën overeenstemt.
(3) Die Mitgliedstaaten berechnen den allgemeinen Indikator DSi2, indem sie die Anzahl der Geodatensätze gemäß den Themen der Anhänge I, II und III der Richtlinie 2007/2/EG, die mit den Durchführungsbestimmungen nach Artikel 7 Absatz 1 dieser Richtlinie konform sind und deren Metadaten mit den Durchführungsbestimmungen nach Artikel 5 Absatz 4 dieser Richtlinie konform sind, durch die Gesamtanzahl der Geodatensätze für die Themen dieser Anhänge dividieren.