« Schendt het artikel 6 van het decreet van 24 juli 1991 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de handelingen betreffende tucht- en sommige ordemaatregelen genomen ten opzichte van het gemeentepersoneel bedoeld in de nieuwe gemeentewet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door te bepa
len dat, wanneer de beroepsinstantie haar beslissing niet tijdig treft en verstuurt, het besluit van de tuchtoverheid geacht wordt te zijn goedgekeurd en door aldus de beroepindiener de waarborgen van het hoofdstuk IV van het decreet te onthouden die van toepassing zijn in het geval van een uitdrukkelijke goedkeurin
...[+++]g ?
« Verstösst Artikel 6 des Dekrets vom 24. Juli 1991 zur Regelung - für die Flämische Region - der Verwaltungsaufsicht über die Handlungen in bezug auf Disziplinar- und gewisse Ordnungsmassnahmen gegen das Gemeindepersonal im Sinne des neuen Gemeindegesetzes gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er bestimmt, dass, wenn die Rechtsmittelinstanz ihre Entscheidung nicht fristgerecht trifft und übermittelt, der Beschluss der Disziplinarbehörde als genehmigt gilt, und indem er somit dem Rechtsmitteleinleger die in Kapitel IV des Dekrets vorgesehenen Garantien versagt, die im Falle einer ausdrücklichen Genehmigung anwendbar sind?