26. stelt vast dat de toetreding tot dit verdrag de burgers alsook andere personen waarover de Unie een verantwoordelijkheid heeft wat het handelen van de Unie betreft van een bescherming verzekert analoog aan de bescherming die zij reeds genieten waar het gaat om het handelen van de afzonderlijke lidstaten; acht dit des te belangrijker nu de lidstaten belangrijke bevoegdheden aan de Unie hebben overgedragen, met name op gebieden als de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht;
26. stellt fest, dass den Bürgern und anderen Menschen, für die die Union eine Verantwortung trägt, mit dem Beitritt zu dieser Konvention ein Schutz im Zusammenhang mit dem Handeln der Union gewährt wird, der dem entspricht, den sie bereits hinsichtlich des Handelns der einzelnen Mitgliedstaaten genießen; weist darauf hin, dass dies umso wichtiger ist, als die Mitgliedstaaten wichtige Zuständigkeiten insbesondere in den Politikbereichen des Raums der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts auf die Union übertragen haben;