21. stelt zich op het standpunt dat de beschikbaar gestelde kredieten betrekking dienen te hebben op specifieke activiteiten, zodat annulering van kredieten aan het eind van het jaar kan worden vermeden; pleit ervoor dat er voldoende middelen worden toegewezen voor terreinen waar politieke beslissingen nopen tot een grotere financiële betrokkenheid, zoals bijvoorbeeld bij de WTO; beklemtoont dat gewijzigde begrotingen en kredietoverschrijvingen waar mogelijk dienen te worden vermeden;
21. bestreitet, dass Mittel sich auf spezifische Aktivitäten beziehen sollten, da sich im gegenteiligen Fall die Aufhebung von Mittelbindungen am Ende des Jahres vermeiden ließe; empfiehlt, dass ausreichende Mittel in den Bereichen bereitgestellt werden sollten, in denen politische Entscheidungen ein stärkeres finanzielles Engagement erfordern, wie im Falle der WTO; betont, dass, sofern möglich, Berichtigungshaushaltspläne und Mittelübertragungen vermieden werden sollten;