De lidstaten beschouwden diensten op het gebied van de informatiemaatschappij, bankdiensten, energievoorziening, post- en telecommunicatiediensten als dienstencategorieën waarvoor prioritair maatregelen moeten worden getroffen om de belangen van de consument te beschermen en een toereikend aanbod van basisdiensten te verzekeren.
Die Mitgliedstaaten erachteten Leistungen bezüglich der Informationsgesellschaft, Bankgeschäfte, Energie, Post- und Telekommunikationsdienste als vorrangige Gebiete, auf denen Maßnahmen zum Schutz der Verbraucherinteressen sowie eine garantierte ausreichende Versorgung mit Grunddienstleistungen erforderlich sind.