3. De bevoegde autoriteiten van verzending, van bestemming en van doorvoer kunnen tevens binnen de in lid 1 genoemde termijn van dertig dagen de voorwaarde stellen, dat hun toestemming wordt geacht te zijn ingetrokken wanneer de borgsom(men) en of gelijkwaardige verzekering(en) niet uiterlijk bij de aanvang van de overbrenging in werking is getreden, zoals bepaald in artikel 6, lid 3.
(3) Die zuständigen Behörden am Versandort und am Bestimmungsort und die für die Durchfuhr zuständigen Behörden können innerhalb der in Absatz 1 genannten Frist von 30 Tagen auch festlegen, dass ihre Zustimmung als widerrufen gilt, falls die Sicherheitsleistungen oder entsprechenden Versicherungen nicht gemäß Artikel 6 Absatz 3 spätestens bei Beginn der Verbringung gültig sind.