1. De lidstaten schrijven voor dat andere ondernemingen dan die bedoeld in artikel 1, lid 1, onder a) tot en met c), en e) en f), of andere dan natuurlijke en rechtspersonen die in aanmerking komen voor de ontheffing in artikel 26, wanneer zij voornemens zijn betalingsdiensten aan te bieden, een vergunning als betalingsinstelling moeten hebben verkregen alvorens te beginnen met het aanbieden van betalingsdiensten.
(1) Die Mitgliedstaaten schreiben vor, dass andere Unternehmen als Unternehmen im Sinne von Artikel 1 Absatz 1 Buchstaben a bis c, e und f sowie unter den Ausnahmetatbestand nach Artikel 26 fallende natürliche oder juristische Personen, die Zahlungsdienste erbringen wollen, vor dem Beginn der Erbringung von Zahlungsdiensten die Zulassung als Zahlungsinstitut erwirken müssen.