De prejudiciële vraag betreft het verschil in behandeling tussen de partijen aan wie het vonnis wordt betekend volgens artikel 40, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek en de partijen aan wie een betekening wordt verricht overeenkomstig de artikelen 4 tot 11 van de Verordening (EG) nr. 1348/2000 van de Raad van 29 mei 2000 « inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken ».
Die präjudizielle Frage betrifft den Behandlungsunterschied zwischen den Parteien, denen das Urteil gemäss Artikel 40 Absatz 1 des Gerichtsgesetzbuches zugestellt wird, und den Parteien, an die eine Zustellung vorgenommen wird gemäss den Artikeln 4 bis 11 der Verordnung (EG) Nr. 1348/2000 des Rates vom 29. Mai 2000 « über die Zustellung gerichtlicher und aussergerichtlicher Schriftstücke in Zivil- oder Handelssachen in den Mitgliedstaaten ».