V
ervolgens heeft de decreetgever ervoor gekozen, overeenkomstig de voormelde artikelen 16, lid 2, van de richtlijn « hernieuwbare energie », en 15, lid 5,
van de richtlijn « energie-efficiëntie », voorrang te verlenen, en geen garantie, inzake toegang tot en injectie (of verdeling) van de productie op de netten voor distributie en plaatselijke transmissie van elektriciteit (artikel 28, 5°, van het bestreden decreet), aan de productie van hernieuwbare energie of energie uit warmtekrachtkoppeling, voorrang die niet wordt verleend inzake toegang en injectie
...[+++]van de andere eenheden van energieproductie.