2. Alvorens tot niet oogsten wordt overgegaan, controleren de lidstaten ter plaatse of het betrokken perceel goed is onderhouden, of de gewassen nog niet gedeeltelijk zijn geoogst en of het product goed ontwikkeld is en van een deugdelijke handelskwaliteit zou zijn.
(2) Vor einem Nichternten überprüfen die Mitgliedstaaten, ob die betreffende Fläche ordnungsgemäß unterhalten wurde, keine teilweise Ernte erfolgte und die Erzeugnisse im Allgemeinen in einwandfreiem Zustand, unverfälscht und von vermarktbarer Qualität sein würden.