Vertaling van "beurzen voor maatschappelijk waardevolle opleidingen " (Nederlands → Duits) :

Om tekorten aan arbeidskrachten op bepaalde gebieden en werkloosheid van academici op weer andere gebieden te voorkomen kan bijvoorbeeld met uiteenlopend hoge collegegelden en beurzen voor maatschappelijk waardevolle opleidingen worden gewerkt. Bepaalde categorieën, zoals bijvoorbeeld onderzoekers die aan het begin van hun loopbaan aan een proefschrift werken, zouden zelfs als medewerkers in opleiding moeten worden behandeld en een vergoeding dienen te krijgen.
Gestaffelte Gebühren- und Beihilfensysteme können eingesetzt werden, um die Attraktivität von Studiengängen mit hohem Nutzen für die Allgemeinheit zu sichern, z. B. um Arbeitskräftemangel in einigen Bereichen und Akademikerarbeitslosigkeit in anderen zu verhindern. Das sollte so weit gehen, dass bestimmte Kategorien als in Ausbildung stehende Expertinnen und Experten eine Vergütung bekommen, z. B. junge Forscher/innen in der Doktoratsphase.

3. waardeert de huidige EU-programma's voor mobiliteit en regionale projecten, en bevestigt dat in het bijzonder de opleidingskansen voor jongeren aanzienlijk verbeterd zijn dankzij de EU-programma's voor jonge mensen; onderstreept dat uitwisselingen en samenwerking op cultureel en onderwijsgebied het maatschappelijk middenveld kunnen versterken, de democratisering in de hand kunnen werken en het wederzijds begrip tussen volkeren kunnen stimuleren; verzoekt de lidstaten daarom – voor zover mogelijk – de beste studenten uit partnerlanden van het Europees nabuurschapsbeleid toegang te verschaffen tot onderwijs en opleidingen en hen in aanmerking te laten komen voor beurzen waarmee zij in de EU kunnen studeren;
3. würdigt die bestehenden Mobilitätsprogramme und regionalen Projekte der EU und bekräftigt, dass insbesondere die an junge Menschen gerichteten EU-Programme sich hinsichtlich der Erweiterung der allgemeinen und beruflichen Bildungsmöglichkeiten für die Jugend beträchtlich ausgewirkt haben; betont, dass der Austausch bzw. die Zusammenarbeit in den Bereichen Kultur und Bildung die Zivilgesellschaft stärken, die Demokratisierung voranbringen und die Verständigung zwischen Völkern fördern kann; fordert deshalb die Mitgliedstaaten auf, nach Möglichkeit den besten Studenten aus ENP-Ländern Zugang zu einem Studium oder einer Ausbildung und einem Studienstipendium in der EU zu gewähren;

55. benadrukt dat goede en stabiele arbeidsomstandigheden voor mannen en vrouwen, in overeenstemming met het recht en de praktijk van de lidstaten, gekoppeld aan geregelde hoogwaardige opleidingen evenals de participatie en het mondig maken van gebruikers, met inachtneming van genderaspecten, essentieel zijn voor de levering van hoogwaardige sociale diensten; benadrukt dat vrijwilligerswerk in de SDAB-sector waardevol is maar geen vervanging mag zijn van een voldoende aantal geschoolde beroepskrachten, zoals maatschappelijk werkers en regulier personeel;
55. betont, dass menschenwürdige Arbeitsbedingungen für Männer und Frauen, die stabil sind und mit den gesetzlichen Bestimmungen und Praktiken der Mitgliedstaaten im Einklang stehen, zusammen mit einem regelmäßigen Qualitätstraining sowie der Teilnahme und Stärkung der Nutzung unter Berücksichtigung des geschlechtsspezifischen Blickwinkels für die Erbringung von qualitativ hochwertigen Sozialdienstleistungen unerlässlich sind; unterstreicht, dass ehrenamtlich Tätige im Bereich der SDAI eine wertvolle Rolle übernehmen können, dass sie jedoch nicht an die Stelle einer angemessenen Zahl von professionellen und qualifizierten Fachkräften wie Sozialarbeitern und Bediensteten mit einer allgemeinen Ausbildung treten können;

62. benadrukt dat goede en stabiele arbeidsomstandigheden voor mannen en vrouwen, in overeenstemming met het recht en de praktijk van de lidstaten, gekoppeld aan geregelde hoogwaardige opleidingen evenals de participatie en het mondig maken van gebruikers, met inachtneming van genderaspecten, essentieel zijn voor de levering van hoogwaardige sociale diensten; benadrukt dat vrijwilligerswerk in de SDAB-sector waardevol is maar geen vervanging mag zijn van een voldoende aantal geschoolde beroepskrachten, zoals maatschappelijk werkers en regulier personeel;
62. betont, dass menschenwürdige Arbeitsbedingungen für Männer und Frauen, die stabil sind und mit den gesetzlichen Bestimmungen und Praktiken der Mitgliedstaaten im Einklang stehen, zusammen mit einem regelmäßigen Qualitätstraining sowie der Teilnahme und Stärkung der Nutzung unter Berücksichtigung des geschlechtsspezifischen Blickwinkels für die Erbringung von qualitativ hochwertigen Sozialdienstleistungen unerlässlich sind; unterstreicht, dass ehrenamtlich Tätige im Bereich der SDAI eine wertvolle Rolle übernehmen können, dass sie jedoch nicht an die Stelle einer angemessenen Zahl von professionellen und qualifizierten Fachkräften wie Sozialarbeitern und Bediensteten mit einer allgemeinen Ausbildung treten können;

79. wijst erop dat het van wezenlijk belang is dat de lidstaten de opname van Roma in het maatschappelijk en cultureel leven van de plaatsen en landen waar zij wonen bevorderen, en ervoor zorgen dat zij op lange termijn hieraan meedoen en hierin vertegenwoordigd zijn, o.m. via maatregelen ter bevordering van beroepsonderwijs- en opleiding (BOO) en op de Roma-gemeenschap gerichte programma's voor levenslang leren, rekening houdend met het cultureel erfgoed en de levenswijze van de diverse Roma-groepen in Europa; wijst er bij voorbeeld op dat eventueel kan worden getracht bijzondere opleidingen aan te bieden aan schoolpersoneel, de aanstelling van Roma-docenten te bevorderen, nauwe samenwerking met Roma-gezinnen en –organisaties aan te moedigen en te zorgen voor steun en beurzen na voltooiing van de scholing; is van mening dat de plaatselijke autoriteiten in de lidstaten hierbij een actieve rol moeten spelen en dat naar de non-profitsector het signaal moet worden gezonden dat zijn werkzaamheden programma's ter integratie van de Roma in de maatschappij moeten omvatten;
79. betont, dass es entscheidend ist, dass die Mitgliedstaaten die Einbeziehung der Roma in das Vereins- und Kulturleben der Orte und Länder, in denen sie leben, fördern und ihre langfristige Teilnahme und Vertretung gewährleisten, auch durch Maßnahmen zur Förderung der beruflichen Bildung und der Programme für lebenslanges Lernen, die auf die Roma zugeschnitten sind und bei denen das kulturelle Erbe und die Lebensweise der verschiedenen Roma-Gruppen in Europa zu berücksichtigen sind; weist darauf hin, dass beispielsweise besondere Anstrengungen unternommen werden könnten, um besondere Schulungen für Lehrkräfte anzubieten, die Einstellung von Hauptschullehrern und -lehrerinnen der Roma zu fördern, die enge Zusammenarbeit mit den Familien und den Roma-Vereinigungen zu verstärken und eine Betreuung nach der Schule und Stipendien bereitzustellen; ist der Auffassung, dass die lokalen Gebietskörperschaften der Mitgliedstaaten in den Prozess aktiv eingebunden werden müssen und dass der gemeinnützige Sektor dazu angehalten werden muss, in seine Aktivitäten auch Programme zur gesellschaftlichen Integration von Roma-Gemeinschaften aufzunehmen;