Vertaling van "bevoegde politieke orgaan " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

bevoegd internationaal orgaan
zuständiges internationales Gremium

statutair bevoegd orgaan
statutarisch zuständiges Organ

bevoegd orgaan | bevoegde instelling
zuständige Behörde | zuständiger Träger

bevoegd orgaan
zuständiger Träger

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

(a) het bevoegde orgaan besluit de Europese politieke partij of de Europese politieke stichting te ontbinden;
(a) Das zuständige Organ der europäischen politischen Partei oder der europäischen politischen Stiftung beschließt ihre Auflösung.

(b) het bevoegde orgaan besluit de Europese politieke partij of de Europese politieke stichting om te zetten in een rechtsvorm die binnen de rechtsorde van een lidstaat wordt erkend;
(b) Das zuständige Organ der europäischen politischen Partei oder der europäischen politischen Stiftung beschließt ihre Umwandlung in eine andere Rechtsform nach dem Recht eines Mitgliedstaats.

Elke bevoegde instantie en elk individueel orgaan gebruikt een eigen rechts- en regelgevingskader, dat kan variëren afhankelijk van de bevoegdheid en het politieke terrein (fiscale wetgeving, sociale zekerheid, ondernemingsrecht, arbeidsmarkt, verzekeringswezen).
Jede Behörde und jede einzelne Einrichtung hat ihr eigenes rechtliches Regelwerk, das je nach Aufgaben- oder Politikbereich sehr unterschiedlich ausfallen kann (Steuerrecht, Sozialversicherung, Wirtschaftsrecht, Arbeitsmarkt, Versicherung).

5. merkt op dat recente uitspraken van het Orgaan voor Geschillenbeslechting (DSB) van de WTO duiden op een voorkeur voor het multilateraal instellen van milieunormen; verzoekt de Commissie om politieke steun te zoeken voor de jurisprudentie van het DSB, zodat beleidsmakers beter in staat zijn om legitieme handelsmaatregelen te treffen om milieudoelstellingen te bereiken; is van oordeel dat het nu dringender is dan ooit om een openbare dialoog op gang te brengen over de oprichting van een internationale milieuorganisatie die bevoegd is voor alle kwesties betreffende mondiale milieubelangen;
5. stellt fest, dass die jüngsten Entscheidungen des Streitbeilegungsorgans der WTO (DSB) eine Präferenz für eine multilaterale Festlegung von Umweltnormen erkennen lassen; fordert die Kommission auf, sich um eine politische Unterstützung für die Rechtsprechung des Streitbeilegungsorgans zu bemühen, um die Fähigkeit der politischen Entscheidungsträger zu verstärken, legitime Handelsmaßnahmen zur Verwirklichung umweltpolitischer Ziele zu treffen; hält es in diesem Zusammenhang für dringender notwendig denn je, einen öffentlichen Dialog über die Einrichtung einer Internationalen Umweltagentur aufzunehmen, die für alle Umweltfragen von internationaler Reichweite zuständig ist;

12. is ingenomen met het feit dat de Administratie van het Parlement is begonnen met de voorbereidingen voor de uitbreiding in overeenstemming met de richtsnoeren zoals geschetst in het driejarenplan dat in september 2001 door het bevoegde politieke orgaan is goedgekeurd en door de begrotingsautoriteit is onderschreven; verwacht dat het Stuurcomité de geraamde behoeften nader specificeert en tijdig voor de stemming over de ramingen voor 2003 - en daarna op gezette tijden - geactualiseerde cijfers voorlegt; herinnert eraan dat het besluit over de toewijzing van uitgaven voor de uitbreiding zal worden genomen als onderdeel van de jaarlijkse begrotingsprocedure, in overeenstemming met het jaarperiodiciteitsbeginsel; verzoekt zijn Bureau met klem een duidelijke omschrijving van de kerntaken van het Parlement voor te leggen en een ambitieuze aanpak te volgen bij het catalogiseren van de negatieve prioriteiten van het Parlement vóór de goedkeuring van de ontwerpraming voor 2003, zoals reeds aangegeven in zijn eerder genoemde resolutie van 25 oktober 2001;
12. begrüßt, dass die Verwaltung des Parlaments mit den Vorbereitungen auf die Erweiterung entsprechend den Leitlinien begonnen hat, wie sie im Dreijahresplan skizziert werden, der im September 2001 vom zuständigen politischen Gremium angenommen und von der Haushaltsbehörde gebilligt wurde; erwartet, dass der Lenkungsausschuss den geschätzten Bedarf noch genauer angibt und rechtzeitig vor der Abstimmung über die Voranschläge für 2003 und danach in regelmäßigen Abständen aktualisierte Zahlen vorlegt; verweist darauf, dass der Beschluss über die Zuweisung der erweiterungsbedingten Ausgaben als Teil des jährlichen Haushaltsverfahrens entsprechend dem Grundsatz der Jährlichkeit gefasst werden wird; fordert sein Präsidium auf, eine klare Bestimmung der Kerntätigkeiten des Parlaments vorzulegen und bei der Einstufung der negativen Prioritäten des Parlaments vor der Annahme des Haushaltsvoranschlags für 2003 einen ehrgeizigen Ansatz zu verfolgen, wie dies bereits in seiner oben genannten Entschließung vom 25. Oktober 2001 zum Ausdruck gebracht wurde;

3. Schendt artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State luidens welke de afdeling Administratie van de Raad van State uitspraak doet ' bij wijze van arresten, over de beroepen tot nietigverklaring ( . ) tegen de akten en reglementen van de onderscheiden administratieve overheden ', geïnterpreteerd in die zin dat de Raad van State niet bevoegd is om kennis te nemen van beroepen gericht tegen de bestuurshandelingen van organen die ressorteren onder de wetgevende macht meer bepaald voor wat betreft de bestuursbeslissingen van de Controlecommissie betreffende de financiering en de boekhouding van de politieke partijen, wanneer deze uitspraak doet krachtens artikel 4bis van de wet van 4 juli 1989, zoals ingevoegd bij de artikelen 1 en 2 van de wet van 12 juli 1994 betreffende de controle op de voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van de overheid, in de mate dat wordt aangenomen dat de Controlecommissie is te beschouwen als een orgaan dat onder de wetgevende macht ressorteert -, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet omdat aldus aan een categorie van rechtsonderhorigen het recht wordt ontzegd om een beroep tot nietigverklaring in te stellen tegen de categorie van bestuurshandelingen die door de wetgevende macht of haar organen worden gesteld ?
3. Verstösst Artikel 14 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat, dem zufolge die Verwaltungsabteilung des Staatsrats ' im Urteilswege über Nichtigkeitsklagen (..) gegen Akte und Verordnungen der jeweiligen Verwaltungsbehörden ' befindet, dahingehend ausgelegt, dass der Staatsrat nicht zuständig ist, über Verwaltungsakte von der gesetzgebenden Gewalt unterstehenden Organen zu befinden - insbesondere hinsichtlich der Verwaltungsentscheidungen der Kontrollkommission bezüglich der Finanzierung und der Buchführung der politischen Parteien, wenn diese kraft Artikel 4bis des Gesetzes vom 4. Juli 1989, eingefügt durch die Artikel 1 und 2 des Gesetzes vom 12. Juli 1994 bezüglich der Kontrolle über die für die Öffentlichkeit bestimmten Mitteilungen und Informationskampagnen der Behörden entscheidet, insofern angenommen wird, dass die Kontrollkommission als ein der gesetzgebenden Gewalt unterstehendes Organ zu betrachten ist -, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, weil somit einer Kategorie von Rechtsunterworfenen das Recht versagt wird, Nichtigkeitsklage gegen die Kategorie von Verwaltungsakten, die von der gesetzgebenden Gewalt oder von deren Organen ausgehen, zu erheben?

2. Schendt artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State luidens welk de afdeling Administratie van de Raad van State uitspraak doet ' bij wijze van arresten, over de beroepen tot nietigverklaring ( . ) tegen de administratieve beslissingen in betwiste zaken ', geïnterpreteerd in die zin dat de Raad van State niet bevoegd is om kennis te nemen van beroepen gericht tegen de jurisdictionele beslissingen van administratieve rechtscolleges die ressorteren onder de wetgevende macht meer bepaald voor wat betreft de jurisdictionele beslissingen van de Controlecommissie betreffende de financiering en de boekhouding van de politieke partijen, wanneer deze uitspraak doet krachtens artikel 4bis van de wet van 4 juli 1989, zoals ingevoegd bij de artikelen 1 en 2 van de wet van 12 juli 1994 betreffende de controle op de voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van de overheid, in de mate dat wordt aangenomen dat de Controlecommissie is te beschouwen als een orgaan dat onder de wetgevende macht ressorteert -, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet omdat aldus aan een categorie van rechtsonderhorigen het recht wordt ontzegd om een geschil dat verband houdt met hun recht om verkozen te worden door de Raad van State te laten beslechten ?
2. Verstösst Artikel 14 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat, dem zufolge die Verwaltungsabteilung des Staatsrats ' im Urteilswege über Nichtigkeitsklagen (..) gegen Entscheidungen in Verwaltungsstreitsachen ' befindet, dahingehend ausgelegt, dass der Staatsrat nicht zuständig ist, über Klagen gegen gerichtliche Entscheidungen von Verwaltungsgerichtsbarkeiten, die der gesetzgebenden Gewalt unterstehen, zu befinden - insbesondere hinsichtlich der gerichtlichen Entscheidungen der Kontrollkommission bezüglich der Finanzierung und der Buchführung der politischen Parteien, wenn diese kraft Artikel 4bis des Gesetzes vom 4. Juli 1989, eingefügt durch die Artikel 1 und 2 des Gesetzes vom 12. Juli 1994 bezüglich der Kontrolle über die für die Öffentlichkeit bestimmten Mitteilungen und Informationskampagnen der Behörden entscheidet, insofern angenommen wird, dass die Kontrollkommission als ein der gesetzgebenden Gewalt unterstehendes Organ zu betrachten ist -, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, weil somit einer Kategorie von Rechtsunterworfenen das Recht versagt wird, einen Streitfall, der mit ihrem passiven Wahlrecht zusammenhängt, vom Staatsrat erledigen zu lassen?

3. Schendt artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State luidens welk de afdeling Administratie van de Raad van State uitspraak doet " bij wijze van arresten, over de beroepen tot nietigverklaring (..) tegen de akten en reglementen van de onderscheiden administratieve overheden" , geïnterpreteerd in die zin dat de Raad van State niet bevoegd is om kennis te nemen van beroepen gericht tegen de bestuurshandelingen van organen die ressorteren onder de wetgevende macht - meer bepaald voor wat betreft de bestuursbeslissingen van de Controlecommissie betreffende de financiering en de boekhouding van de politieke partijen, wanneer deze uitspraak doet krachtens artikel 4bis van de wet van 4 juli 1989, zoals ingevoegd bij de artikelen 1 en 2 van de wet van 12 juli 1994 betreffende de controle op de voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van de overheid, in de mate dat wordt aangenomen dat de Controlecommissie is te beschouwen als een orgaan dat onder de wetgevende macht ressorteert -, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet omdat aldus aan een categorie van rechtsonderhorigen het recht wordt ontzegd om een beroep tot nietigverklaring in te stellen tegen de categorie van bestuurshandelingen die door de wetgevende macht of haar organen worden gesteld ?
3. Verstösst Artikel 14 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat, dem zufolge die Verwaltungsabteilung des Staatsrats " im Urteilswege über Nichtigkeitsklagen (..) gegen Akte und Verordnungen der jeweiligen Verwaltungsbehörden" befindet, dahingehend ausgelegt, dass der Staatsrat nicht zuständig ist, über Verwaltungsakte von der gesetzgebenden Gewalt unterstehenden Organen zu befinden - insbesondere hinsichtlich der Verwaltungsentscheidungen der Kontrollkommission bezüglich der Finanzierung und der Buchführung der politischen Parteien, wenn diese kraft Artikel 4bis des Gesetzes vom 4. Juli 1989, eingefügt durch die Artikel 1 und 2 des Gesetzes vom 12. Juli 1994 bezüglich der Kontrolle über die für die Öffentlichkeit bestimmten Mitteilungen und Informationskampagnen der Behörden entscheidet, insofern angenommen wird, dass die Kontrollkommission als ein der gesetzgebenden Gewalt unterstehendes Organ zu betrachten ist -, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, weil somit einer Kategorie von Rechtsunterworfenen das Recht versagt wird, Nichtigkeitsklage gegen die Kategorie von Verwaltungsakten, die von der gesetzgebenden Gewalt oder von deren Organen ausgehen, zu erheben?

2. Schendt artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State luidens welk de afdeling Administratie van de Raad van State uitspraak doet " bij wijze van arresten, over de beroepen tot nietigverklaring (..) tegen de administratieve beslissingen in betwiste zaken" , geïnterpreteerd in die zin dat de Raad van State niet bevoegd is om kennis te nemen van beroepen gericht tegen de jurisdictionele beslissingen van administratieve rechtscolleges die ressorteren onder de wetgevende macht - meer bepaald voor wat betreft de jurisdictionele beslissingen van de Controlecommissie betreffende de financiering en de boekhouding van de politieke partijen, wanneer deze uitspraak doet krachtens artikel 4bis van de wet van 4 juli 1989, zoals ingevoegd bij de artikelen 1 en 2 van de wet van 12 juli 1994 betreffende de controle op de voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van de overheid, in de mate dat wordt aangenomen dat de Controlecommissie is te beschouwen als een orgaan dat onder de wetgevende macht ressorteert -, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet omdat aldus aan een categorie van rechtsonderhorigen het recht wordt ontzegd om een geschil dat verband houdt met hun recht om verkozen te worden door de Raad van State te laten beslechten ?
2. Verstösst Artikel 14 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat, dem zufolge die Verwaltungsabteilung des Staatsrats " im Urteilswege über Nichtigkeitsklagen (..) gegen Entscheidungen in Verwaltungsstreitsachen" befindet, dahingehend ausgelegt, dass der Staatsrat nicht zuständig ist, über Klagen gegen gerichtliche Entscheidungen von Verwaltungsgerichtsbarkeiten, die der gesetzgebenden Gewalt unterstehen, zu befinden - insbesondere hinsichtlich der gerichtlichen Entscheidungen der Kontrollkommission bezüglich der Finanzierung und der Buchführung der politischen Parteien, wenn diese kraft Artikel 4bis des Gesetzes vom 4. Juli 1989, eingefügt durch die Artikel 1 und 2 des Gesetzes vom 12. Juli 1994 bezüglich der Kontrolle über die für die Öffentlichkeit bestimmten Mitteilungen und Informationskampagnen der Behörden entscheidet, insofern angenommen wird, dass die Kontrollkommission als ein der gesetzgebenden Gewalt unterstehendes Organ zu betrachten ist -, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, weil somit einer Kategorie von Rechtsunterworfenen das Recht versagt wird, einen Streitfall, der mit ihrem passiven Wahlrecht zusammenhängt, vom Staatsrat erledigen zu lassen?