(332) Opgemerkt zij wat dit betreft dat, aangezien de producenten in de Gemeenschap niet de gehele vrije markt kunnen bevoorraden, er steeds behoefte zal zijn aan invoer uit derde landen en dat de markt van de Gemeenschap steeds toegankelijk zal zijn voor dergelijke invoer, op voorwaarde dat deze niet strijdig is met de bepalingen van de basisbeschikking.
(332) Hier ist darauf hinzuweisen, daß die Hersteller in der Gemeinschaft den Gesamtbedarf des freien Marktes nicht decken können, so daß Einfuhren aus Drittländern weiterhin unverzichtbar sind und der Gemeinschaftsmarkt auch in Zukunft stets für solche Einfuhren offen sein wird, sofern sie im Einklang mit der Grundentscheidung getätigt werden.