Indien douaneautoriteiten van een lidstaat vaststellen dat ze te maken hebben met goederen waarvan wordt vermoed dat ze inbreuk maken op een intellectuele-eigendomsrecht en deze goederen voorwerp zijn van een besluit tot toewijzing van een verzoek, dienen zij verplicht te worden om, alvorens te besluiten de vrijgave op te schorten of de goederen in bewaring te nemen, de houder op diens verzoek te voorzien van informatie over de artikelen.
Ermitteln die Zollbehörden eines Mitgliedstaats Waren, die im Verdacht stehen, ein Recht des geistigen Eigentums zu verletzen, das in einer einem Antrag auf Tätigwerden stattgebenden Entscheidung aufgeführt ist, sollten sie verpflichtet sein, den Rechtsinhaber auf dessen Antrag Informationen über die Gegenstände zur Verfügung zu stellen, bevor die Entscheidung über die Aussetzung der Überlassung oder die Zurückhaltung der Waren getroffen wird.