(2 bis) De tenuitvoerlegging van een EU-strategie voor alternatieve brandstoffen mag niet ten koste gaan van de op het niveau van de Unie en de lidstaten geleverde inspanningen die zijn gericht op beïnvloeding van het gedrag van passagiers en bevordering van een modal shift naar meer duurzame vervoerswijzen en efficiënte logistieke oplossingen, in het bijzonder in stedelijke gebieden.
(2a) Eine Strategie der Union zu alternativen Kraftstoffen sollte unbeschadet der Bemühungen der Union und der Mitgliedstaaten zur Beeinflussung des Fahrgastverhaltens und zur stärkeren Verlagerung auf alternative, nachhaltigere Verkehrsträger und effiziente logistische Lösungen insbesondere in städtischen Gebieten umgesetzt werden.