Voor de continuïteit van de aan de gang zijnde opleidingen was het te dezen verantwoord dat de decreetgever ervoor heeft geopteerd de incorporatie in een andere hogeschool retroactief mogelijk te maken, zonder de verzoekende partij opnieuw, in concurrentie met andere hogescholen, de mogelijkheid tot het afsluiten van een protocol te bieden en zonder nog meer ingrijpend af te wijken van de doelstelling om de overdrachten van de C. V. O.-opleidingen per 1 september 2004 af te ronden.
Für die Kontinuität der bestehenden Ausbildungen war es im vorliegenden Fall gerechtfertigt, dass der Dekretgeber sich dafür entschied, die Eingliederung in eine andere Hochschule rückwirkend zu ermöglichen, ohne der klagenden Partei erneut in Konkurrenz zu anderen Hochschulen die Möglichkeit zum Abschluss eines Protokolls zu bieten und ohne noch weitergehend von der Zielsetzung abzuweichen, die Ubertragungen der ZfEB-Ausbildungen zum 1. September 2004 abzuschliessen.