3. Voorzover haalbaar zorgen de lidstaten ervoor dat alle nieuw verzamelde of bijgewerkte verzamelingen van ruimtelijke gegevens en de desbetreffende diensten uiterlijk twee jaar na de aanneming van de in lid 1 bedoelde uitvoeringsbepalingen daarmee in overeenstemming worden gebracht en dat andere verzamelingen van ruimtelijke gegevens en desbetreffende diensten uiterlijk zeven jaar na de aanneming van de uitvoeringsbepalingen daarmee in overeenstemming worden gebracht.
3. Soweit dies möglich ist, stellen die Mitgliedstaaten sicher, dass alle neu gesammelten oder aktualisierten Geodatensätze und die entsprechenden Geodatendienste innerhalb von zwei Jahren nach Erlass der Durchführungsbestimmungen im Sinne des Absatzes 1 mit diesen übereinstimmen, und dass andere Geodatensätze und -dienste innerhalb von sieben Jahren nach Erlass der Durchführungsbestimmungen mit diesen übereinstimmen.