3. wijst ero
p dat de EU wel een bindend streefcijfer van 20% hernieuwbare energiebronnen tegen 2020 heeft en een richtlijn die de middelen aanreikt om dit doel te bereiken, maar dat voor het meer kosteneffectieve instrument energie-efficiëntie dergelijke regelgeving niet bestaat; is derhalve van oordeel dat toekomstige EU-wetgeving tot evenveel investeringen in energie-efficiëntie moet leiden als in hernieuwbare energiebronnen; verzoekt de Commissie tegen eind 2010 een wetgevingsvoorstel naar het model van de richtlijn hernieuwbare energiebronnen in te dienen
waarin een bindend streefcijfer ...[+++] wordt ingevoerd om het energieverbruik met 25% te verminderen door maatregelen op het gebied van energie-efficiëntie; 3. weist darauf hin, dass zwar das verbindliche Ziel der EU lautet, bis 2020 20 % der Energie aus erneuerbaren Quellen zu erzeugen, und dass in einer geltenden Richtlinie festgelegt ist, wie dieses Ziel zu erreichen ist, dass aber die Energieeffizienz – ein kostengünsti
geres Instrument – keinen vergleichbaren Rechtsvorschriften unterliegt; hält es deshalb für angemessen, dass alle künftigen EU-Rechtsvorschriften das gleiche Investitionsniveau im Bereich Energieeffizienz bewirken wie die Richtlinie über Energie aus erneuerbaren Quellen; fordert die Kommission auf, bis Ende 2010 einen mit der genannten Richtlinie vergleichbaren Legislati
...[+++]vvorschlag vorzulegen, mit dem als verbindliches Ziel vorgegeben würde, den Energieverbrauch durch Energieeffizienzmaßnahmen um 25 % zu senken;