8. vindt het onaanvaardbaar dat een aantal personen nog steeds wordt vervolgd wegens schending van artikel 301 van het Wetboek van Strafrecht en is van oordeel dat een land waar vrijheid van meningsuiting en vrijheid van pers niet ten volle gegarandeerd zijn, geen rechtsstaat is; beklemtoont dat het lopende proces tot opstelling van de grondwet de afschaffing van artikel 301 van het Wetboek van Strafrecht niet mag doorkruisen of uitstellen, zoals door sommige Turkse gezagdragers reeds is gesuggereerd;
8. hält es für unannehmbar, dass eine Reihe von Personen immer noch wegen des Verstoßes gegen Artikel 301 des Strafgesetzbuches verfolgt werden, und ist der Auffassung, dass ein Land, in dem die freie Meinungsäußerung und die Pressefreiheit nicht uneingeschränkt gewährleistet sind, nicht als Rechtsstaat gelten kann; weist mit Nachdruck darauf hin, dass der laufende Prozess zur Ausarbeitung der Verfassung die Abschaffung von Artikel 301 des Strafgesetzbuches nicht untergraben oder verzögern darf, wie von einigen türkischen Amtsträgern bereits suggeriert wurde;