30. erkent dat op institutioneel niveau vooruitgang is geboekt, maar spoort de autoriteiten van Bosnië en Herzegovina toch aan op federaal niveau de wet op
het hoger onderwijs goed te keuren en zich te concentreren op volledige implementatie van de kaderwetten op het gebied van onderwijs, waarmee de versnippering van het onderwijsstelsel wordt aangepakt; spoort de autoriteiten aan om met volledige benutting van het Europees partnerschap, maatregelen te nemen voor het verbeteren van de algehele kwaliteit van het onderwijs met als doel in te spelen op de behoeften van de arbeidsmarkt en te voldoen aa
n de normen van het ...[+++]Bologna-proces, alsook met steun van de EU regelingen te ontwikkelen voor opleiding en na- en bijscholing van langdurig werklozen; dringt aan op de implementatie van internationale uitwisselingsprogramma's tussen alle universiteiten van Bosnië en Herzegovina en lidstaten van de EU, door gebruikmaking van de bestaande EU-programma's en -netwerken; benadrukt dat het aantal studenten, leraren en onderzoekers dat aan mobiliteitsprogramma's van de EU deelneemt, flink moet worden verhoogd; 30. erkennt zwar die Fortschritte auf institutioneller Ebene an, fordert die Staatsorgane von Bosnien und Herzegowina dennoch auf, das Gesetz über die Hochschulbildung auf Ebene des Gesamtstaats zu verabschieden und sich auf die vollständige Umsetzung der Rahmengesetze im Bildungsbereich zu konzentrieren und dabei die Zersplitterung des Bildungswesens zu verringern und unter umfassender Nutzung der Europäischen Partnerschaft Maßnahmen zu ergreifen, die die Qualität der Bildung insgesamt verbessern, um somit den Bedarf auf dem Arbeitsmarkt zu decken und d
ie Zielvorgaben des Bologna-Prozesses zu erfüllen sowie mit der Unterstützung der EU
...[+++]Schulungs- und Umschulungsprogramme für Personen einzurichten, die von Langzeitarbeitslosigkeit betroffen sind; ermutigt die Staatsorgane zur Umsetzung von internationalen Austauschprogrammen zwischen allen Universitäten in Bosnien und Herzegowina und in EU-Mitgliedstaaten, indem die bestehenden EU-Programme und -Netze genutzt werden; betont, dass die Zahl der Studenten, Lehrer und Forscher, die an Mobilitätsprogrammen der EU teilnehmen, erheblich steigen muss;