Traduction de «botslichaam » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

romp-botslichaam
Körperblock-Stoßkörper

proefhoofd-botslichaam
Kopfform-Stoßkörper

versnellingsmeter van het botslichaam
Beschleunigungsmesser des Schlagkörpers

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

3.5. Het geregistreerde HPC mag niet hoger zijn dan 1 000 over de helft van het testoppervlak van het botslichaam in de vorm van het hoofd van een kind en bovendien niet hoger dan 1 000 over 2/3 van de testoppervlakken van het botslichaam in de vorm van het hoofd van een kind en dat in de vorm van het hoofd van een volwassene samen.
3.5. Der aufgezeichnete HPC-Wert darf auf einer Hälfte der Kinderkopfform-Prüffläche 1 000 und zusätzlich auf zwei Dritteln der Kinder- und Erwachsenenkopfform-Prüffläche zusammen 1 000 nicht überschreiten.

De momentane som van de botskrachten in relatie tot de tijd mag niet groter zijn dan 7,5 kN en het op het botslichaam uitgeoefende buigmoment niet groter dan 510 Nm.
Die Summe der an einem Punkt des Zeitintervalls auftretenden Aufprallkräfte darf höchstens 7,5 kN, das auf den Prüfkörper einwirkende Biegemoment darf höchstens 510 Nm betragen.

2.2. Bovenbeenvormig botslichaam tegen voorkant motorkap:
2.2. Prüfung mit Hüftprüfkörper gegen die Fronthaubenvorderkante:

De momentane som van de botskrachten in relatie tot de tijd mag niet groter zijn dan een potentiële richtwaarde van 5,0 kN en het op het botslichaam uitgeoefende buigmoment moet worden geregistreerd en vergeleken met de potentiële richtwaarde van 300 Nm.
Die Summe der an einem Punkt des Zeitintervalls auftretenden Aufprallkräfte sollte 5,0 kN als möglichen Richtwert nicht übersteigen, das auf den Prüfkörper einwirkende Biegemoment ist aufzuzeichnen und mit dem möglichen Richtwert 300 Nm zu vergleichen.

De test wordt uitgevoerd met een botssnelheid van 35 km/h en een botslichaam van 3,5 kg.
Die Prüfung wird mit einem 3,5 kg schweren Prüfkörper und einer Aufprallgeschwindigkeit von 35 km/h durchgeführt.

Uiterlijk op 25 augustus 2010 beoordeelt de Commissie, in het licht van de technische vooruitgang en de opgedane ervaring, de technische bepalingen van deze richtlijn, en met name de voorwaarden voor het eisen van een test Bovenbeen-botslichaam tegen frontbeschermingsinrichting, de opneming van een test Botslichaam in de vorm van het hoofd van een volwassene tegen frontbeschermingsinrichting en de specificaties voor de test Botslichaam in de vorm van het hoofd van een kind tegen frontbeschermingsinrichting.
Bis zum 25. August 2010 überprüft die Kommission im Lichte des technischen Fortschritts und der gewonnenen Erfahrungen die technischen Vorschriften dieser Richtlinie und insbesondere die Bedingungen für die Vorschrift einer Prüfung mit dem Hüftform-Schlagkörper gegen das Frontschutzsystem, die Aufnahme einer Prüfung mit dem Erwachsenenkopfform-Schlagkörper gegen das Frontschutzsystem und die Spezifikation einer Prüfung mit dem Kinderkopfform-Schlagkörper gegen das Frontschutzsystem.

3.2. De tests bovenbeen-botslichaam tegen bumper moeten worden uitgevoerd op de in punt 3.2 van bijlage II geselecteerde punten indien de hoogte van de onderrand van de bumper op het testpunt meer dan 500 mm bedraagt en de fabrikant verkiest een test met een bovenbeen-botslichaam uit te voeren in plaats van met een onderbeen-botslichaam.
3.2. Eine Prüfung mit dem Hüftform-Schlagkörper gegen den Stoßfänger ist an den in Kapitel II Nummer 3.2 bezeichneten Stellen durchzuführen, wenn die untere Stoßfängerhöhe an der zu prüfenden Stelle mehr als 500 mm beträgt und der Hersteller sich dafür entscheidet, statt der Prüfung mit dem Beinform-Schlagkörper eine Prüfung mit dem Hüftform-Schlagkörper durchzuführen.

Het botslichaam wordt aan een stijve steun gehangen met vier metaaldraden waarbij de middellijn van het botslichaam zich minimaal 3,5 m onder de stijve steun bevindt.
Der Stoßkörper hängt an vier Drähten an einer starren Halterung, wobei die Mittellinie des Stoßkörpers mindestens 3,5 m unterhalb der starren Halterung verläuft.

1.3.2. Richt de versnellingsopnemer van het botslichaam zo dat de gevoelige as ervan parallel loopt met de langshartlijn van het botslichaam.
1.3.2. Der Beschleunigungsmesser des Schlagkörpers wird so ausgerichtet, daß seine empfindliche Achse parallel zur Längsmittelachse des Schlagkörpers verläuft.

5.11.7. De piekkracht van het botslichaam die wordt verkregen uit de botslichaamversnelling die gefilterd wordt met een CFC van 180 en vermenigvuldigd met de botslichaam/armsteunmassa, moet 9,5 tot 11,1 kN bedragen en bereikt worden op een moment tussen 9,8 en 11,4 ms.
5.11.7. Der Hoechstwert der Kraft des Stoßkörpers, der sich aus dem Wert der Stoßkörperbeschleunigung errechnet, der bei CFC 180 gefiltert und mit der Masse von Stoßkörper/Armlehne multipliziert wird, muß 9,5 bis 11,1 kN betragen und bei 9,8 bis 11,4 m/s erreicht werden.