2. Met inachtneming van de leden 3, 4 en 5 van dit artikel en artikel 5, moet elke lidstaat met een negatieve doelstelling volgens bijlage II ervoor zorgen, onder meer door gebruikmaking van de in deze beschikking genoemde flexibele instrumenten, dat zijn broeikasgasemissies in 2013 niet meer bedragen dan zijn gemiddelde jaarlijkse broeikasgasemissie gedurende de jaren 2008, 2009 en 2010, zoals gerapporteerd en gecontroleerd overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG en Beschikking nr. 280/2004/EG.
(2) Vorbehaltlich der Absätze 3, 4 und 5 des vorliegenden Artikels und des Artikels 5 gewährleistet jeder Mitgliedstaat mit einer negativen Obergrenze gemäß Anhang II auch durch Nutzung der in dieser Entscheidung vorgesehenen Spielräume, dass seine Treibhausgasemissionen im Jahr 2013 den Durchschnitt seiner gemäß der Richtlinie 2003/87/EG und der Entscheidung Nr. 280/2004/EG gemeldeten und überprüften Treibhausgasemissionen in den Jahren 2008, 2009 und 2010 nicht überschreiten.