Traduction de «btw-wetboek uitdrukkelijk » (Néerlandais → Allemand) :

De conclusie is dan ook dat de (niet-)vrijstelling van goederenleveringen en diensten die samenhangen met de ziekenhuisverpleging en de medische verzorging bedoeld in het thans ontworpen artikel 44, § 2, 1°, a), van het Btw-wetboek uitdrukkelijk moet worden geregeld » (Parl. St., Kamer, 2015-2016, DOC 54-1520/001, pp. 169-170).
Daher lautet die Schlussfolgerung, dass die (Nicht-)Befreiung von Lieferungen von Gütern und Leistungen im Zusammenhang mit der Krankenhausbehandlung und der ärztlichen Heilbehandlung im Sinne dieses Entwurfs von Artikel 44 § 2 Nr. 1 Buchstabe a) des Mehrwertsteuergesetzbuches ausdrücklich geregelt werden muss » (Parl. Dok., Kammer, 2015-2016, DOC 54-1520/001, SS. 169-170).

Een richtlijnconforme interpretatie van het nieuwe artikel 44, § 2, 1°, a), van het BTW-Wetboek ontslaat de wetgever niet ervan de belastbare materie zelf vast te stellen, door de in artikel 134 van de btw-richtlijn opgesomde uitzonderingen uitdrukkelijk over te nemen.
Eine richtlinienkonforme Auslegung des neuen Artikels 44 § 2 Nr. 1 Buchstabe a) des Mehrwertsteuergesetzbuches befreit den Gesetzgeber nicht davon, den Steuergegenstand selbst festzulegen, indem er die in Artikel 134 der Mehrwertsteuerrichtlinie aufgelisteten Ausnahmen ausdrücklich übernimmt.

Met betrekking tot een identieke sanctie in artikel 73, vierde lid, van het BTW-Wetboek, in de lezing van de wet van 3 juli 1969, en in artikel 73sexies van het BTW-Wetboek, zoals het werd ingevoegd bij de wet van 10 februari 1981, oordeelde het Hof van Cassatie dat de hoofdelijkheid een door de wet zelf aan de strafrechtelijke veroordeling verbonden burgerlijk gevolg is en dat zij bestaat, ook al heeft de strafrechter niet uitdrukkelijk vastgesteld dat de veroordeelde hoofdelijk gehouden was tot betaling van de ontdoken belasting (Cass., 11 oktober 1996, Arr. Cass., 1996, nr. 375).
In Bezug auf eine identische Sanktion in Artikel 73 Absatz 4 des Mehrwertsteuergesetzbuches, gemäss der Auslegung des Gesetzes vom 3. Juli 1969, und in Artikel 73sexies des Mehrwertsteuergesetzbuches, so wie er durch das Gesetz vom 10. Februar 1981 eingefügt wurde, hat der Kassationshof erkannt, dass die Gesamtschuldnerschaft eine durch das Gesetz selbst mit der strafrechtlichen Verurteilung verbundene zivilrechtliche Folge ist und dass sie auch dann gilt, wenn der Strafrichter nicht ausdrücklich festgehalten hat, dass der Verurteilte gesamtschuldnerisch zur Zahlung der hinterzogenen Steuer verpflichtet war (Kass., 11. Oktober 1996, Arr. Cass., 1996, Nr. 375).