Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
B.W.
BW
BWB
Burgerlijk Wetboek
Burgerlijk wetboek
Europees Burgerlijk Wetboek
W.Rv.
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Vertaling van "burgerlijk wetboek volgens " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE
burgerlijk wetboek

Zivilgesetzbuch [ Bürgerliches Gesetzbuch ]






Burgerlijk Wetboek | BW [Abbr.]

Bürgerliches Gesetzbuch | BGB [Abbr.]


Burgerlijk Wetboek | BW [Abbr.] | BWB [Abbr.]

Bürgerliches Gesetzbuch | BGB [Abbr.]


Europees Burgerlijk Wetboek

Europäisches Zivilgesetzbuch


Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering | W.Rv.

Zivilprozessgesetzbuch | ZPGB


Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Zivilprozessgesetzbuch
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
« Schendt artikel 1467 Burgerlijk Wetboek, in de mate het erin voorziet dat de echtgenoot die, in het stelsel van bedongen scheiding van goederen het beheer heeft uitgeoefend, slechts gehouden is tot het opleveren van de aanwezige vruchten en geen verantwoording schuldig is van die welke tot dan zijn verbruikt, de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet doordat deze bepaling afwijkt van de algemene regel van gemeen recht bepaald in artikel 1993 Burgerlijk Wetboek, volgens dewelke iedere last ...[+++]

« Verstößt Artikel 1467 des Zivilgesetzbuches insofern, als er bestimmt, dass der Ehegatte, der im Güterstand der vertraglichen Gütertrennung die Verwaltung ausgeübt hat, nur zur Herausgabe der vorhandenen Früchte verpflichtet und keine Rechenschaft über die Früchte, die bis dahin verbraucht worden sind, schuldig ist, gegen die Artikel 10 und 11 der koordinierten Verfassung, indem diese Bestimmung von der in Artikel 1993 des Zivilgesetzbuches festgelegten generellen Regel des allgemeinen Rechts abweicht, der zufolge jeder Beauftragte dazu verpflichtet ist, über seine Geschäftsführung Rechenschaft abzulegen und dem Auftraggeber - ohne Ein ...[+++]


Uit de prejudiciële vraag en de verwijzingsbeslissing blijkt dat de verzoekende partij voor de verwijzende rechter en haar Belgische partner op 27 maart 2015 een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd overeenkomstig artikel 1476, § 1, van het Burgerlijk Wetboek, waarvan de ambtenaar van de burgerlijke stand volgens de verzoekende partij akte zou hebben genomen, nadat de ambtenaar van de burgerlijke stand, overeenkomstig artikel 1476quater van het Burgerlijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 10 van de wet van 2 juni 2013, een onderzoek ha ...[+++]

Aus der Vorabentscheidungsfrage und der Vorlageentscheidung geht hervor, dass der Kläger vor dem vorlegenden Richter und seine belgische Partnerin am 27. März 2015 eine Erklärung über das gesetzliche Zusammenwohnen gemäß Artikel 1476 § 1 des Zivilgesetzbuches abgegeben haben, die nach Darlegung der klagenden Partei durch den Standesbeamten beurkundet worden sei nach einer durch den Standesbeamten angeforderten Untersuchung gemäß Artikel 1476quater des Zivilgesetzbuches in der durch Artikel 10 des Gesetzes vom 2. Juni 2013 abgeänderten Fassung.


« Schenden de artikelen 63, 165 en 167 van het Burgerlijk Wetboek, afzonderlijk genomen of met elkaar in samenhang gelezen, in zoverre zij, volgens de bovenvermelde interpretatie die eraan wordt gegeven door het Hof van Beroep te Luik, impliceren dat het beroep bedoeld in artikel 167 van het Burgerlijk Wetboek zonder voorwerp moet worden verklaard in de hypothese dat het weliswaar wordt uitgeoefend binnen de maand na de kennisgeving van de weigeringsbeslissing van de ambtenaar van de burgerlijke ...[+++]

« Verstoßen die Artikel 63, 165 und 167 des Zivilgesetzbuches, an sich oder in Verbindung miteinander, indem sie gemäß der vorerwähnten Auslegung, die ihnen durch den Appellationshof Lüttich verliehen wurde, voraussetzen, dass die in Artikel 167 des Zivilgesetzbuches genannte Beschwerde in dem Fall für gegenstandslos zu erklären ist, dass sie zwar innerhalb einer Frist von einem Monat nach der Notifizierung der Entscheidung des Standesbeamten zur Weigerung, die Trauung vorzunehmen, eingereicht wird, jedoch nach Ablauf der ursprünglichen Eheschließungsfrist von sechs Monaten und 14 Tagen, insbesondere gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit anderen, überstaatlichen Gesetzesbestimmungen wie der Europäischen ...[+++]


« Schenden de artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in die zin geïnterpreteerd dat, om een publiekrechtelijk rechtspersoon aansprakelijk te stellen, het gegeven dat die laatstgenoemde een handeling heeft aangenomen die door de Raad van State nietig is verklaard of nietig kan worden verklaard, niet volstaat om het bestaan van een aan hem toe te schrijven fout te bewijzen, maar dat eveneens moet worden aangetoond dat de administratie bij die gelegenheid een nalatig gedrag heeft aangenomen of zich verkeerd heeft gedragen, ...[+++]

« Verstoßen die Artikel 1382 und 1383 des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn sie dahin auszulegen sind, dass zur Haftbarmachung einer juristischen Person des öffentlichen Rechts der Umstand, dass diese einen vom Staatsrat für nichtig erklärten oder für nichtig erklärbaren Akt angenommen hat, nicht ausreicht, um das Vorhandensein eines ihr anzulastenden Fehlers festzustellen, dass aber ebenfalls zu beweisen ist, dass die Verwaltung bei dieser Gelegenheit eine nachlässige Haltung angenommen oder einen Verhaltensfehler begangen hat nach dem Kriterium der normal sorgfältigen und vorsichtigen Verwaltung, die si ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
« Schendt artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat het niet van toepassing is op de procedures voor de Raad voor Verkiezingsbetwistingen, ingeleid overeenkomstig artikel 13 Gemeentedecreet d.d. 15 juli 2005, en niet van rechtswege recht geeft op minstens de in die bepalingen bedoelde gemiddelde rechtsplegingsvergoeding (volgens de bij het Koninklijk Besluit van 21 april 2077 vastgestelde schaal), de artikelen 10 en 11 van de Grondwet samen gelezen met het artikel 6 Europees Verdrag voor de Rechten van ...[+++]

« Verstößt Artikel 1022 des Gerichtsgesetzbuches, dahin ausgelegt, dass er nicht auf die gemäß Artikel 13 des Gemeindedekrets vom 15. Juli 2005 eingeleiteten Verfahren vor dem Rat für Wahlstreitsachen Anwendung findet und nicht von Rechts wegen wenigstens zu der in diesen Bestimmungen erwähnten durchschnittlichen Verfahrensentschädigung (nach der im königlichen Erlass vom 21. April 2007 festgelegten Tabelle) berechtigt, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern der im Rahmen eines Gerichtsverfahrens obsiegenden Partei die im Rahmen dieses Verfahrens entstandenen Kosten automatisch erstattet werden können, während die vor dem Rat für Wahlstreitsachen obsiegende ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 6 mei 2015 in zake K.F. tegen P.P. en D.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 318 van het Burgerlijk Wetboek ...[+++]in zoverre het bepaalt dat de vordering van de man die het vaderschap van het kind opeist, moet worden ingesteld binnen het jaar na de ontdekking van het feit dat hij de vader van het kind is, de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, en zelfs andere supranationale wettelijke bepalingen zoals met name het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (artikel 8 ervan), doordat het de niet binnen de wettelijke termijn ingestelde vordering tot betwisting van het vaderschap als absolute grond van niet-ontvankelijkheid instelt, zonder dat de rechter bij wie een dergelijke vordering aanhangig is gemaakt, de mogelijkheid heeft om te beoordelen of de biologische waarheid, rekening houdend met de aanwezige belangen (en in het bijzonder het hogere en primordiale belang van het kind) en met het gedrag van de partijen, niet moet samenvallen met de door het betrokken kind beleefde socioaffectieve werkelijkheid, in een casus waarin nooit enige band, welke dan ook, tussen het kind en zijn wettelijke vader heeft bestaan, noch thans bestaat (het kind is geboren en werd opgevoed binnen een gezinskern die meer bepaald uit zijn moeder en zijn biologische vader bestond voordat die uit elkaar gingen), waardoor in feite een verkeerde en volkomen onnatuurlijke afstamming wordt bekrachtigd en beperkte rechten worden toegekend aan de biologische vader, die alleen een recht op persoonlijk contact kan eisen terwijl hij in werkelijkheid vrijwe ...

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 6. Mai 2015 in Sachen K.F. gegen P.P. und D.H., dessen Ausfertigung am 18. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 318 des Zivilgesetzbuches dadurch, dass er bestimmt, dass die Klage desjenigen, der die Vater ...[+++]


Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van rechter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 23 december 2014 in zake Tonia Tollenaere tegen de nv « AXA Belgium » en de nv « Generali Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 januari 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 3, derde lid, van de wet van 13 januari 2012 tot invoeging van artikel 110/1 in de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, wat de aanwijzing betreft van een begunstigde in een levensverzekeringsov ...[+++]

Moerman, E. Derycke und F. Daoût, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Richters A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 23. Dezember 2014 in Sachen Tonia Tollenaere gegen die « AXA Belgium » AG und die « Generali Belgium » AG, dessen Ausfertigung am 13. Januar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Ostflandern, Abteilung Gent, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 3 Absatz 3 des Gesetzes vom 13. Januar 2012 zur Einfügung eines Artikels 110/1 in da ...[+++]


Volgens een tweede stelsel, zou de toepassing van artikel 130 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtspleging strijdig zijn met het beginsel van openbare orde, volgens hetwelk het slachtoffer of zijn rechthebbenden de algeheelheid van de wettelijke vergoeding moeten ontvangen.

Gemäß einem zweiten System stünde die Anwendung von Artikel 130 des Zivilprozessgesetzbuches im Widerspruch zum Grundsatz der öffentlichen Ordnung, wonach das Opfer oder seine Anspruchsberechtigten die vollständige gesetzliche Entschädigung erhalten müssen.


Een aanzienlijk gedeelte van de rechtsleer en van de rechtspraak wil dat men eenvoudig te dezer zake artikel 130 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtspleging toepasse, volgens hetwelk : ' de partij die in het ongelijk wordt gesteld veroordeeld wordt tot de kosten '.

Gemäß einem erheblichen Teil der Rechtslehre und der Rechtsprechung soll in diesem Bereich einfach Artikel 130 des Zivilprozessgesetzbuches angewandt werden, dem zufolge die unterlegene Partei zu den Gerichtskosten verurteilt wird.


« Schendt de interpretatie van paragraaf 7 van het nieuwe artikel 301 van het Burgerlijk Wetboek volgens welke die bepaling niet van toepassing zou zijn op de personen die door onderlinge toestemming uit de echt zijn gescheiden vóór de inwerkingtreding van het nieuwe artikel 301 van het Burgerlijk Wetboek, de bepalingen van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 6 en/of 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, alsook met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met de artikelen 6.1 en 6.2 van het Verdrag betreffen ...[+++]

« Verstösst die Auslegung von Paragraph 7 des neuen Artikels 301 des Zivilgesetzbuches, der zufolge diese Bestimmung nicht auf Personen anwendbar sei, die vor dem Inkrafttreten des neuen Artikels 301 des Zivilgesetzbuches im gegenseitigen Einverständnis geschiedenen sind, gegen die Bestimmungen der Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit den Artikeln 6 und/oder 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention sowie mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zu dieser Konvention und mit Artikel 6 Absätze 1 und 2 des Vertrags über die Europäische Union?




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'burgerlijk wetboek volgens' ->

Date index: 2022-07-21
w