Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «c-12 04 en c-194 » (Néerlandais → Allemand) :

Overwegende dat vastleggingskredieten overgedragen moeten worden naar de basisallocaties 12.04 en 74.03 van programma 01, naar basisallocaties 30.04 en 31.10 van programma 02, naar basisallocaties 12.02, 12.05, 12.12, 31.02, 31.05, 33.06, 33.08, 33.23, 41.07, 43.02, 45.05 en 45.24 van programma 03 en naar basisallocatie 12.03, 31.13 en 74.01 van programma 04 van organisatieafdeling 15 van de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2017, om de behoeften aan te passen aan de stand van de basisallocaties en de geraamde behoeften tot het einde van het jaar,

In Erwägung der Notwendigkeit, Verpflichtungsermächtigungen auf die Artikel 12.04 und 74.03 des Programms 01, auf die Artikel 30.04 und 31.10 des Programms 02, auf die Artikel 12.02, 12.05, 12.12, 31.02, 31.05, 33.06, 33.08, 33.23, 41.07, 43.02, 45.05 und 45.24 des Programms 03 und auf die Artikel 12.03, 31.13 und 74.01 des Programms 04 des Organisationsbereichs 15 des allgemeinen Ausgabenhaushaltsplanes der Wallonischen Region für das Haushaltsjahr 2017 zu übertragen, um den Bedarf nach dem Umfang der Inanspruchnahme der Haushaltsartikel und dem geschätzten Bedarf bis zum Jahresende zu aktualisieren,


DE NV BRASSCHAAT OPEN GOLF EN COUNTRYCLUB, die woonplaats kiest bij Mr. Yves LOIX, advocaat, met kantoor te 2018 Antwerpen, Mechelsesteenweg 27 (G/A. 222.189/X-16.919) en Paula SMITS, die woonplaats kiest bij Mr. Koen VERHAEGEN, advocaat, met kantoor te 2970 Schilde, Vloeyenbergdreef 1 (G/A. 222.194/X-16.920) hebben op 12 respectievelijk 15 mei 2017 de nietigverklaring gevorderd van het besluit van de provincieraad van de provincie Antwerpen van 26 januari 2017 houdende de definitieve vaststelling van het provinciaal ruimtelijk uitvoe ...[+++]

Die BRASSCHAAT OPEN GOLF EN COUNTRYCLUB AG, die bei Herrn Yves LOIX, Rechtsanwalt in 2018 Antwerpen, Mechelsesteenweg 27 Domizil erwählt hat (G/A. 222.189/X-16.919), und Paula SMITS, die bei Herrn Koen VERHAEGEN, Rechtsanwalt in 2970 Schilde, Vloeyenbergdreef 1 Domizil erwählt hat (G/A. 222.194/X-16.920), haben am 12. bzw. 15. Mai 2017 die Nichtigerklärung des Beschlusses des Provinzialrates der Provinz Antwerpen vom 26. Januar 2017 zur endgültigen Festlegung des provinzialen räumlichen Ausführungsplans "Het Leeg - Rietbeemden " in Brasschaat und Schoten beantragt.


Dat de Raad van State overigens voortdurend het feit bekrachtigd heeft dat de overheid geen rekening moet houden met de opmerkingen die niet gegrond zijn op overwegingen van planologische of technische aard (C.E., nr. 20.579, van 24 september 1980, Pilaete, nr. 24.666, van 21 september 1984, Kumps, nr. 170.236, van 19 april 2007, Vincent; nr.185.137, van 2 juli 2008, Lorquet; nr. 191.684, van 19 maart 2009, SA Confiserie Leonidas; nr.194.802, 194.803 en 194.804, van 29 juni 2009, Cofinimmo; nr.191.378, van 12 maart 2009, Somerhausen et Taubert; nr. 202.867, van 8 april 2010, Noël; nr. 210.610, van 21 januari 2011, Orban);

Dass der Staatsrat übrigens ständig bestätigt hat, dass die Behörde solche nicht gerechtfertigte Bemerkungen raumplanerischer oder technischer Art ignorieren kann (E.G., Nr. 20.579 vom 24. September 1980, Pilaete Nr. 24.666 vom 21. September 1984, Kumps Nr. 170.236 vom 19. April 2007, Vincent Nr. 185. 137 vom 2. Juli 2008, Lorquet Nr. 191. 6841.684 vom 19. März 2009, SA Confiserie Leonidas ; Nr. 194. 802, 194.803 und 194.804, vom 29. Juni 2009, Cofinimmo ; Nr. 191. 378 vom 12. März 2009, Somerhausen et Taubert ; Nr. 202. 867, vom 8. April 2010, Noël ; Nr. 210. 610, vom 21. Januar 2011, Orban);


Om die redenen, het Hof zegt voor recht : - Artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu, in samenhang gelezen met artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet van 15 juli 2005, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het algemeen beginsel van de rechten van verdediging, in die interpretatie dat de gemeente, vertegenwoordigd door haar college van burgemeester en schepenen, kan deelnemen aan het door een inwoner op grond van artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet ingesteld geding, doch enkel om de vordering van de inwoner te ondersteunen.

Aus diesen Gründen: Der Gerichtshof erkennt für Recht: - Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 über ein Klagerecht im Bereich des Umweltschutzes in Verbindung mit Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets vom 15. Juli 2005 verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit dem allgemeinen Grundsatz der Rechte der Verteidigung, dahin ausgelegt, dass die durch ihr Bürgermeister- und Schöffenkollegium vertretene Gemeinde an einem von einem Einwohner aufgrund von Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets eingeleiteten Verfahren teilnehmen kann, jedoch nur zur Unterstützung der Klage des Einwohners.


- Artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu, in samenhang gelezen met artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet van 15 juli 2005, schendt niet de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de Mens en met het algemeen beginsel van de rechten van verdediging, in die interpretatie dat de gemeente, vertegenwoordigd door haar college van burgemeester en schepenen, kan deelnemen aan het door een inwoner op grond van artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet ingesteld geding, niet enkel om de ...[+++]

- Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 über ein Klagerecht im Bereich des Umweltschutzes in Verbindung mit Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets vom 15. Juli 2005 verstößt nicht gegen die Artikel 10, 11 und 23 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit dem allgemeinen Grundsatz der Rechte der Verteidigung, dahin ausgelegt, dass die durch ihr Bürgermeister- und Schöffenkollegium vertretene Gemeinde an einem von einem Einwohner aufgrund von Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets eingeleiteten Verfahren teilnehmen kann, und zwar nicht nur zur Unterstützung der Klage des Einw ...[+++]


Bij zijn arrest nr. 29/2011 van 24 februari 2011, gewezen op een prejudiciële vraag, diende het Hof zich uit te spreken over de grondwettigheid van artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu, in samenhang gelezen met artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet van 15 juli 2005, in die zin geïnterpreteerd dat de gemeente niet de mogelijkheid zou hebben om zich in een procedure die door een inwoner namens die gemeente is ingeleid, te laten bijstaan door een zelf gekozen advocaat.

In seinem Entscheid Nr. 29/2011 vom 24. Februar 2011, der auf eine Vorabentscheidungsfrage hin ergangen ist, musste der Gerichtshof über die Verfassungsmäßigkeit von Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 über ein Klagerecht im Bereich des Umweltschutzes in Verbindung mit Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets vom 15. Juli 2005 befinden, ausgelegt in dem Sinne, dass die Gemeinde nicht die Möglichkeit hätte, sich in einem Verfahren, das durch einen Einwohner im Namen dieser Gemeinde eingeleitet wurde, durch einen frei gewählten Rechtsanwalt beistehen zu lassen.


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 26 maart 2015 in zake de stad Antwerpen tegen de vzw « Cultureel Centrum Mehmet Akif », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 15 april 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake de bescherming van het leefmilieu juncto het artikel 194 Gemeentedecreet van 15 juli 2005 de ar ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 26. März 2015 in Sachen der Stadt Antwerpen gegen die VoG « Cultureel Centrum Mehmet Akif », dessen Ausfertigung am 15. April 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Antwerpen, Abteilung Antwerpen, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 über ein Klagerecht im Bereich des Umweltschutzes in Verbindung mit Artikel 194 des Gemeindedekrets vom 15. ...[+++]


Uittreksel uit arrest nr. 60/2016 van 28 april 2016 Rolnummer : 6183 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu, in samenhang gelezen met artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet van 15 juli 2005, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen.

Auszug aus dem Entscheid Nr. 60/2016 vom 28. April 2016 Geschäftsverzeichnisnummer 6183 In Sachen: Vorabscheidungsfrage in Bezug auf Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 über ein Klagerecht im Bereich des Umweltschutzes, in Verbindung mit Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets vom 15. Juli 2005, gestellt vom Gericht erster Instanz Antwerpen, Abteilung Antwerpen.


De eerbiediging van de rechten van de verdediging is in elke procedure die tot de oplegging van sancties, met name geldboeten of dwangsommen, kan leiden, een grondbeginsel van het recht van de Unie, dat talloze malen in de rechtspraak van het Hof is onderstreept (zie arresten van 2 oktober 2003, Thyssen Stahl/Commissie, C‑194/99 P, Jurispr. blz. I‑10821, punt 30; 29 juni 2006, Showa Denko/Commissie, C‑289/04 P, Jurispr. blz. I‑5859, punt 68, en 8 februari 2007, Groupe Danone/Commissie, C‑3/06 P, Jurispr. blz. I‑1331, punt 68), en dat in artikel 48, lid 2, van het Handvest van de grondrechten van de Unie is erkend.

Die Wahrung der Verteidigungsrechte stellt in allen Verfahren, die zu Sanktionen, namentlich zu Geldbußen oder Zwangsgeldern, führen können, einen fundamentalen Grundsatz des Unionsrechts dar, der in der Rechtsprechung des Gerichtshofs wiederholt bekräftigt worden ist (vgl. Urteile vom 2. Oktober 2003, Thyssen Stahl/Kommission, C‑194/99 P, Slg. 2003, I‑10821, Randnr. 30, vom 29. Juni 2006, Showa Denko/Kommission, C‑289/04 P, Slg. 2006, I‑5859, Randnr. 68, und vom 8. Februar 2007, Groupe Danone/Kommission, C‑3/06 P, Slg. 2007, I‑1331, Randnr. 68) und in Art. 48 Abs. 2 der Charta der Grundrechte der Union verankert worden ist.


PB L 194 van 25.7.1975, blz. 23. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2000/76/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 332 van 28.12.2000, blz. 91).

ABl. L 194 vom 25.7.1975, S. 23. Richtlinie zuletzt geändert durch die Richtlinie 2000/76/EG des Europäischen Parlaments und des Rates (ABl. L 332 vom 28.12.2000, S. 91).




D'autres ont cherché : g a 222 189 x-16     bij mr koen     overheid     mens     c-12 04 en c-194     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'c-12 04 en c-194' ->

Date index: 2024-12-31
w