Celanese Canada voerde aan dat de vervaardigingskosten van deze produkten sedert de instelling van het recht aanmerkelijk waren gedaald; aangezien de bodemprijs van het recht voor Canadees vinylacetaatmonomeer gebaseerd was op de marktprijs die de producenten in de Gemeenschap nodig hadden om al hun kosten alsmede een zekere winstmarge te dekken, zou deze prijs volgens Celanese verlaagd dienen te worden om met de huidige kostensituatie overeen te stemmen.
Celanese Kanada behauptete, die Kosten für die Herstellung dieser Waren seien seit der Einführung des Zolls beträchtlich zurückgegangen; da der Mindestpreis für den Zoll auf Vinylacetatmonomer aus Kanada auf dem Marktpreis basierte, der notwendig war, um den Gemeinschaftsherstellern eine volle Kostendeckung plus Gewinn zu ermöglichen, sollte dieser nach Auffassung von Celanese herabgesetzt werden, um der gegenwärigen Kostensituation zu entsprechen.