12. dringt aan op een gemeenschappelijk buitenlands beleid van de EU inzake de toekomst van Syrië en het Midden-Oosten in ruimere zin, in samenspraak met alle
relevante actoren; vindt dat dit beleid integraal deel moet uitmaken van de toekomstige algehele EU-strategie; merkt op dat de coördinatie tussen de lidstaten die ter plaatse bijdragen aan terrorismebestrijding tot dusver beter had gekund; stelt vast dat de militaire o
ndersteuning van de coalitie die de opmars van Islamitische Staat in Irak, Syrië en Libië tracht tegen te gaa
...[+++]n, wegens een gebrekkige organisatie en coördinatie niet het potentieel van een geïntegreerde Europese aanpak heeft bereikt; 12. fordert, dass in Abstimmung mit den einschlägigen Akteuren eine gemeinsame EU-Außenpolitik zur Zukunft Syriens sowie des gesamten Nahen Ostens festgelegt wird; ist der Ansicht, dass diese Politik fester Bestandteil der globalen EU-Strategie sein sollte; weist darauf hin, dass die Abstimmung zwischen den an der Terrorismusbekämpfung in der Region beteiligten Mitgliedstaaten hätte verbessert werden müssen; stellt fest, dass die militärisch
e Unterstützung der Koalition, die die Ausbreitung von Da'isch/ISIS in Irak, Syrien und Libyen aufzuhalten versucht, nicht das Potenzial eines integrierten europäischen Ansatzes entfaltet hat, weil
...[+++] die Maßnahmen nicht hinreichend geplant und abgestimmt wurden;