18. roept de lidstaten op om onderwijs- en opleidingsfaciliteiten te verbeteren en de ontwikkeling van een netwerk van sociale diensten voor kinderopvang en zorg voor ouderen, zieken en gehandicapten te bevorderen, zodat mannen en vrouwen in plattelandsgebieden hun werk, gezins- en privéleven gemakkelijker kunnen combineren; roept tevens op de gezondheidszorg, en met name de beschikbaarheid van eerstelijnsgezondheidszorg, te verbeteren; verzoekt de lidstaten te zorgen voor paramedische dienstverlening en spoedartsen in plattelandsgebieden;
18. fordert die Mitgliedstaaten auf, die Aus- und Weiterbildungseinrichtungen zu verbessern und die Entwicklung eines Netzes von Sozialdienstleistungen für die Betreuung von Kindern, älteren Menschen, von Kranken und von Menschen mit Behinderungen zu fördern, und zwar als Maßnahme, um Arbeits-, Familien- und Privatleben von Männern und Frauen auf dem Land miteinander zu vereinbaren; fordert sie ferner auf, die Gesundheitsdienste, insbesondere die Verfügbarkeit einer medizinischen Grundversorgung, zu verbessern; fordert die Mitgliedstaaten auf, die Bereitstellung paramedizinischer und notärztlicher Dienstleist
ungen in ländlichen Gebieten zu gewährleisten; ...[+++]