5. De bevoegde nationale regelgevende instantie voert strenge controle en toezicht uit op de toepassing van redelijkgebruikcriteria zoals die door de Commissie zijn vastgelegd in de in lid 4 bedoelde uitvoeringshandeling, waarbij zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de algemene richtsnoeren van het Berec, met voor de desbetreffende lidstaat geldende relevante objectieve factoren en met relevante objectieve verschillen tussen roamingaanbieders, en waarborgt dat er geen onredelijke voorwaarden worden gesteld.
(5) Die zuständige nationale Regulierungsbehörde beobachtet und überwacht die Anwendung der Fair-Use-Kriterien gemäß der Definition in dem in Absatz 4 genannten Durchführungsrechtsakt der Kommission genau und unter weitestgehender Berücksichtigung der Leitlinien des GEREK, relevanter objektiver Faktoren, die speziell für ihre Mitgliedstaaten gelten, und relevanter objektiver Unterschiede zwischen Roaminganbietern, und stellt sicher, dass keine unangemessenen Bedingungen angewendet werden.