voor de feiten die aan de in artikel 141, § 2, bedoelde Beperkte Kamers en aan de in artikel 155, derde lid, bedoelde Commissies van Beroep zijn voorgelegd de in artikel 174, lid 1, 6°, van diezelfde wet bepaalde verjaringstermijn pas ingaat op de datum waarop een definitieve beslissing van de Beperkte Kamers of Commissies van Beroep is genomen,
für die Fakten, die den in Artikel 141 § 2 erwähnten beschränkten Kammern und den in Artikel 155 Absatz 3 erwähnten Berufungskommissionen vorgelegt wurden, die in Artikel 174 Absatz 1 Nr. 6 desselben Gesetzes bestimmte Verjährungsfrist erst an dem Datum, an dem ein definitiver Beschluss der beschränkten Kammer oder der Berufungskommission ergeht, einsetzt,