27. Met betrekking tot ADR door de rechter zelf voorzien de wetboeken van burgerlijke rechtsvordering van de lidstaten in de mogelijkheid de zaak ten gronde met het oog op conciliatie bij een rechter aanhangig te maken [55], bepalen ze dat conciliatie een verplichte fase van de procedure is [56], of moedigen ze de rechters uitdrukkelijk aan een actieve rol te spelen bij het zoeken naar een akkoord tussen de partijen [57].
(27) Bei ADR-Verfahren, die von einem Richter geleitet werden, sieht das Zivilprozessrecht der Mitgliedstaaten u. a. die Möglichkeit vor, dass ein Richter in der Hauptsache als Schlichtungsinstanz [55] angerufen wird und die Schlichtung obligatorischer Bestandteil des Verfahrens [56] wird.