Zij achtten een verplichting om zulke aanlandingen over te brengen naar bedrijven die vismeel produceren (in plaats van naar de markten voor menselijke consumptie) onpraktisch, omdat dergelijke bedrijven een beperkte capaciteit hebben en omdat dat economisch inefficiënt is.
Nach Ansicht der betreffenden Delegationen wäre die Verpflichtung, diese Anlandungen an Fischmehlfabriken abzugeben (und damit nicht auf die Märkte für den menschlichen Verzehr zu bringen), nicht praktikabel, weil die Kapazitäten dieser Fabriken begrenzt sind und die Maßnahme wirtschaftlich ineffizient wäre.
