Overwegende dat bij Verordening ( EEG ) nr . 1075/71 de oorspronkelijk in artikel 8 , lid 4 , van Verordening ( EEG ) nr . 985/68 neergelegde eis , volgens welke door het interventiebureau van ee
n Lid-Staat slechts contracten voor particuliere opslag konden worden afgesloten voor de in deze Lid-Staat vervaardigde boter , is geschrapt ; dat in het vervolg genoemde contracten door de interventiebureaus voor alle in de Gemeenschap vervaardigde boter kunnen worden afgesloten ; dat het daarom aanbeveling verdient de voorschriften van artikel 23 van Verordening ( EEG ) nr . 685/69 met betrekking tot het sluiten van contracten
aan te vul ...[+++]len , ten einde deze aan te passen aan de nieuwe voorwaarden ;
Durch die Verordnung (EWG) Nr. 1075/71 ist die ursprünglich in Artikel 8 Absatz 4 der Verordnung (EWG) Nr. 985/68 festgelegte Bedingung, derzufolge die Interventionsstelle eines Mitgliedstaats private Lagerverträge nur für die in diesem Mitgliedstaat hergestellte Butter abschließen durfte, aufgehoben worden. In Zukunft können solche Verträge von den Interventionsstellen für die gesamte in der Gemeinschaft hergestellte Butter abgeschlossen werden. Es ist daher angezeigt, die Vorschriften des Artikels 23 der Verordnung (EWG) Nr. 685/69 betreffend den Abschluß der Verträge zu ergänzen, um sie den neugeschaffenen Voraussetzungen anzupassen.