20. onderkent dat nationale toezichthouders de mogelijkheid moeten hebben zelf hun werkzaamheden te organiseren met betrekking tot de uitoefening van de bevoegdheden die hen bij communautaire richtlijnen en verordeningen, alsmede op grond van hun nationale wetgevingen zijn toegekend, maar acht het van het allergrootste belang dat politieke verantwoording wordt afgelegd over het toezichtsysteem op Europees en nationaal niveau; constateert dat er lacunes zijn in het parlementaire toezicht en de democratische controle, met name met betrekking tot werkzaamheden die op niveau 3 worden verricht, als gevolg van de overdracht van bevoegdheden naar Europees niveau of initiatieven van toezichthoud
ers in hun Europese ...[+++]coördinatiestructuur die aanzienlijke gevolgen kunnen hebben voor de interne markt; dringt er bij alle comités van niveau 3 op aan de grootst mogelijke aandacht te schenken aan de vaststelling van een goede rechtsgrondslag voor hun maatregelen, te voorkomen dat zij zich mengen in politieke kwesties en eventuele schade voor nieuwe communautaire wetgeving te voorkomen; is voornemens om op het niveau van zijn bevoegde commissie op regelmatige en formele basis hoorzittingen met deskundigen te beleggen en debatten met de Commissie, de Europese Centrale Bank, het CEER, het CEBT en het CETVB te voeren; 20. weist darauf hin, dass die einzelstaatlichen Aufsichtsbehörden in der Lage sein müssen, sich bei der Wahrnehmung der Befugnisse, die ihnen durch Richtlinien und Verordnungen der Gemeinschaft sowie durch ihre einzelstaatlichen Rechtsvorschriften übertragen worden sind, zu organisieren; misst der Gewährleistung politischer Zuverlässigkeit der Aufsichtssysteme auf europäischer und einzelstaatlicher Ebene größte Bedeutung bei; stellt bei der parlamentarischen Prüfung und demokratischen
Kontrolle aufgrund einer Übertragung von Zuständigkeiten auf die europäische Ebene oder aufgrund von Initiativen von Aufsichtsbehörden in ihren jeweilig
...[+++]en europäischen Koordinierungsstrukturen Schwachstellen insbesondere in Bezug auf die durchgeführten Arbeiten auf Ebene 3 des Prozesses fest, die beträchtliche Auswirkungen auf den Binnenmarkt haben könnten; fordert alle Ausschüsse der Ebene 3 auf, mit äußerster Sorgfalt darauf zu achten, dass ihre Maßnahmen über eine solide Rechtsgrundlage verfügen, und zu vermeiden, sich mit politischen Fragestellungen zu beschäftigen und jedem denkbaren Schaden für bevorstehende Rechtsvorschriften der Gemeinschaft vorzubeugen; bekundet seine Absicht, auf der Ebene seines zuständigen Ausschusses auf regelmäßiger und formeller Ebene Anhörungen mit Sachverständigen und Diskussionen mit der Kommission, der Europäischen Zentralbank, dem CESR, dem CEBS und dem CEIOPS durchzuführen;