23. beklemtoont dat investeringen in stelsels voor een minimuminkomen een sleutelfactor zijn voor de preventie en de bestrijding van armoede, dat de stelsels voor een minimuminkomen zelfs in crisistijden niet als een kostenfactor moeten worden beschouwd, maar als een kernelement van de strijd tegen de crisis, en dat vroege investeringen in armoedebestrijding bijzonder rendabel zijn, omdat ze de kosten voor de samenleving op lange termijn verlagen;
23. betont, dass Investitionen in Mindesteinkommenssysteme ein Schlüsselelement der Armutsverhütung und -verringerung darstellen, dass sogar in Krisenzeiten Mindesteinkommenssysteme nicht als Kostenfaktor, sondern als ein entscheidendes Element bei der Bekämpfung der Krise gelten sollten, dass frühzeitige Investitionen zur Bekämpfung der Armut eine erhebliche Rendite einbringen, indem sie der Gesellschaft langfristige Kosten ersparen;