47. Gelet op een en ander dient op de eerste vraag, onder a), te worden geantwoord dat uit de toetsing van de artikelen 1, lid 2, en 2, lid 1, onder c), van richtlijn 2006/112 aan het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en aan het beginsel van wapengelijkheid, die worden gewaarborgd door artikel 4
7 van het Handvest, niet is gebleken van elementen die afbreuk doen aan de geldigheid van deze richtlijnbepalingen, voor zover diensten van advocaten ten behoeve van rechtzoekenden die geen rechtsbijstand genieten in het kader van een nationaal stelsel
van rechtsbijstand, daarbij ...[+++] aan btw worden onderworpen.
47. Nach alledem ist auf die Frage 1a zu antworten, dass die Prüfung von Art. 1 Abs. 2 und Art. 2 Abs. 1 Buchst. c der Richtlinie 2006/112 im Hinblick auf das Recht auf einen wirksamen Rechtsbehelf und den Grundsatz der Waffengleichheit, die in Art. 47 der Charta gewährleistet sind, nichts ergeben hat, was die Gültigkeit dieser Bestimmungen berühren könnte, soweit sie Dienstleistungen von Rechtsanwälten an Rechtsuchende, die keine Gerichtskostenhilfe im Rahmen eines nationalen Systems der Gerichtskostenhilfe erhalten, der Mehrwertsteuer unterwerfen.