Ten vierde voert rekwirante aan dat in het arrest bij de juridische beoordeling van de door de Commissie verrichte afweging uit het oogpunt van misbruik van discretionaire bevoegdheid blijk is gegeven van een onjuiste rechtsopvatting doordat de bestreden beschikking van de Commissie niet nietig is verklaard ofschoon bij deze beschikking de inleiding van een onderzoeksprocedure zonder motivering achterwege is gelaten onder het mom van de ingewikkeldheid van het onderzoek en van de overweging dat daartoe buitensporig veel middelen zouden moeten worden ingezet.
Viertens macht die Rechtsmittelführerin geltend, dass das Urteil bei der rechtlichen Beurteilung der Abwägungsentscheidung der Kommission unter dem Gesichtspunkt des Ermessensfehlgebrauches einen Rechtsfehler aufweise, indem es die angefochtene Kommissionsentscheidung nicht aufgehoben habe, obwohl diese ohne Begründung die Einleitung eines Untersuchungsverfahrens unter dem Vorwand der Komplexität und unverhältnismäßiger Ressourcen abgelehnt habe.