De Rechtbank vraagt zich af of de wetgever, door
degene die tot een gevangenisstraf van een jaar is veroordeeld uit te sluiten van het genot van uitstel, terwijl hij dat uitstel toekent aan degene die veroordeeld is tot twaalf maanden gevangenisstraf, geen dusdanig verschil in behan
deling in het leven heeft geroepen, rekening houdend met het feit dat, volgens de parlementaire voorbereiding, er een versch
il van vijfenzestig dagen zou zijn (wat een a ...[+++]anzienlijk verschil is) en niet vijf dagen (wat de realiteit is en een onbeduidend verschil), dat er tussen eerstgenoemde en laatstgenoemde een discriminatie zou bestaan; daarop heeft de Rechtbank de hiervoor weergegeven prejudiciële vraag aan het Hof gesteld.Das Gericht stellt sich die Frage, ob der Gesetzgeber, indem er demjenigen, der zu einer Haftstrafe von einem Jahr verurteilt worden ist, keinen Aufschub gewährt, während er diesen Aufschub jenem bewilligt, der zu zwölf Monaten Haftstrafe verurteilt worden ist, nicht einen derartigen Behandlungsunterschied geschaffen habe - unter Berücksichtigung der Tatsache, dass es, den Vorarbeiten zufolge, einen
Unterschied von 65 Tagen gäbe (was ein beträchtlicher Unterschied ist) und nicht von fünf Tagen (was der Realität entspricht und einen unbedeutenden Unterschied darstellt) -, so dass eine Diskriminierung zwischen Erstgenanntem und Letztgenann
...[+++]tem bestehe; daraufhin hat das Gericht dem Hof die o.a. präjudizielle Frage gestellt.