Traduction de «dan niet bezwaar te maken tegen de verwerving ten minste tien werkdagen » (Néerlandais → Allemand) :

2. De nationale bevoegde autoriteit beoordeelt de voorgestelde verwerving en zendt de kennisgeving alsmede een voorstel voor een besluit om op basis van de in artikel 4, lid 3, eerste alinea, bedoelde criteria al dan niet bezwaar te maken tegen de verwerving ten minste tien werkdagen vóór het verstrijken van de desbetreffende bij de toepasselijke Uniewetgeving vastgestelde beoordelingstermijn aan de ECB toe, en verleent overeenkomstig artikel 6 bijstand aan de ECB.
(2) Die nationale zuständige Behörde prüft den geplanten Erwerb und leitet die Anzeige gemeinsam mit einem Vorschlag für einen Beschluss, mit dem der Erwerb auf Grundlage der in den Rechtsakten nach Artikel 4 Absatz 3 Unterabsatz 1 festgelegten Kriterien abgelehnt oder nicht abgelehnt wird, der EZB spätestens zehn Arbeitstage vor Ablauf des jeweiligen im Unionsrecht festgelegten Beurteilungszeitraums zu und unterstützt die EZB nach Maßgabe des Artikels 6.

2. De nationale bevoegde autoriteit beoordeelt de voorgestelde verwerving en zendt de kennisgeving alsmede een voorstel voor een besluit om op basis van de in artikel 4, lid 3, eerste alinea, bedoelde criteria al dan niet bezwaar te maken tegen de verwerving ten minste tien werkdagen vóór het verstrijken van de desbetreffende bij de toepasselijke Uniewetgeving vastgestelde beoordelingstermijn aan de ECB toe, en verleent overeenkomstig artikel 5 bijstand aan de ECB.
2. Die nationale zuständige Behörde prüft den geplanten Erwerb und leitet die Mitteilung gemeinsam mit einem Vorschlag für einen Beschluss, mit dem der Erwerb auf Grundlage der in den Rechtsakten nach Artikel 4 Absatz 3 Unterabsatz 1 festgelegten Kriterien abgelehnt oder nicht abgelehnt wird, der EZB spätestens zehn Arbeitstage vor Ablauf des jeweiligen im Unionsrecht festgelegten Bewertungszeitraums zu und unterstützt die EZB nach Maßgabe des Artikels 5.

4. dringt er nogmaals op aan dat er een concreet tijdschema en actieplan worden opgezet met als doel om werk en privéleven beter te verenigen, via wetgevings- en niet-wetgevingsmaatregelen zoals een richtlijn voor vaderschapsverlof van ten minste tien dagen, een herziening van de ouderschapsverlofrichtlijn uit 2010 en niet-wetgevingsmaatregelen om arbeidsovereenkomsten te bevorderen; betreurt dat de voorgestelde richtlijn inzake moederschapsverlof zou kunnen worden ingetrokken en vraagt, indien dit uiteindelijk gebeurt, om een wetgevingsinitiatief voor de herziening van Richtlijn 92/85/EEG van de Raad; verzoekt de Commissie een nieuwe aparte strategie voor de rechten van de vrouw en gendergelijkheid in Europa voor de periode 2015-2020 goed te keuren, onder meer om gelijke kansen te creëren, een eind te maken aan discriminatie, banen te scheppen, de genderkloven op het gebied van loon, armoede en pensioen te verkleinen, geweld tegen vrouwen tegen te gaan door de Overeenkomst van Istanbul te ratificeren en de deelname van vrouwen aan de besluitvorming en vrouwelijk ondernemerschap te stimuleren;
4. fordert erneut, dass ein konkreter Zeit- und Maßnahmenplan ausgearbeitet wird, was die Ausweitung der Vereinbarkeit von Beruf und Familie angeht, einschließlich legislativer und nichtlegislativer Maßnahmen, beispielsweise einer Richtlinie über einen Vaterschaftsurlaub von mindestens 10 Tagen, der Überarbeitung der Richtlinie über Elternurlaub aus dem Jahr 2010 und nichtlegislativer Maßnahmen zur Förderung der Arbeitszeitregelung; bedauert, dass der Vorschlag für die Richtlinie über Mutterschaftsurlaub vielleicht zurückgezogen wird, und fordert, so dies eintreffen sollte, die Einleitung einer Legislativinitiative zur Überarbeitung der Richtlinie 92/85/EWG des Rates; fordert darüber hinaus die Kommission auf, eine neue, eigenständige Strategie zu Frauenrechten und zur Gleichberechtigung der Geschlechter in Europa für den Zeitraum 2015–2020 anzunehmen, die neben anderen Prioritäten auch darauf abzielt, für Chancengleichheit zu sorgen, Diskriminierung zu beseitigen, Arbeitsplätze zu schaffen, das Lohn-, Armuts- und Rentengefälle zu mindern, im Zuge der Ratifizierung des Übereinkommens des Europarats zur Verhütung und Bekämpfung von Gewalt gegen Frauen und häuslicher Gewalt die Gewalt gegen Frauen zu bekämpfen und die Beteiligung von Frauen an Entscheidungsprozessen und am Unternehmertum zu fördern;

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de confiscatie mogelijk te maken van opbrengsten, of andere voorwerpen waarvan de waarde overeenkomt met opbrengsten, die door een verdachte of beklaagde al dan niet rechtstreeks aan derden zijn overgemaakt, of die door derden zijn verworven van een verdachte of beklaagde, ten minste wanneer die derden wisten of hadden moeten weten dat het doel van de overdracht of de verwerving het vermijden van confiscatie was, en dit op grond van concrete feiten en omstandigheden, bijvoorbeeld het feit dat de overdracht of verwerving kosteloos werd uitgevoerd, of tegen een bedrag dat beduidend onder de marktwaarde lag.
(1) Die Mitgliedstaaten treffen die erforderlichen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass Erträge oder andere Vermögensgegenstände eingezogen werden können, deren Wert den Erträgen entspricht, die von einer verdächtigten oder beschuldigten Person direkt oder indirekt an Dritte übertragen wurden oder die durch Dritte von einer verdächtigten oder beschuldigten Person erworben wurden, zumindest wenn diese Dritten aufgrund konkreter Tatsachen und Umstände — unter anderem dass die Übertragung oder der Erwerb unentgeltlich oder deutlich unter dem Marktwert erfolgte — wussten oder hätten wissen müssen, dass mit der Übertragung oder dem Erwerb die Einziehung vermieden werden sollte.

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de confiscatie mogelijk te maken van opbrengsten, of andere voorwerpen waarvan de waarde overeenkomt met opbrengsten, die door een verdachte of beklaagdeal dan niet rechtstreeks aan derden zijn overgemaakt, of die door derden zijn verworven van een verdachte of beklaagde, ten minste wanneer die derden wisten of hadden moeten weten dat het doel van de overdracht of de verwerving het vermijden van confiscatie was, en dit op grond van concrete feiten en omstandigheden, bijvoorbeeld het feit dat de overdracht of verwerving kosteloos werd uitgevoerd, of tegen een bedrag dat beduidend onder de marktwaarde lag.
1. Die Mitgliedstaaten treffen die erforderlichen Maßnahmen, um sicherzustellen, dass Erträge oder andere Vermögensgegenstände eingezogen werden können, deren Wert den Erträgen entspricht, die von einer verdächtigten oder beschuldigten Person direkt oder indirekt an Dritte übertragen wurden oder die durch Dritte von einem einer verdächtigten oder beschuldigten Person erworben wurden, zumindest wenn diese Dritten aufgrund konkreter Tatsachen und Umstände – unter anderem dass die Übertragung oder der Erwerb unentgeltlich oder deutlich unter dem Marktwert erfolgte – wussten oder hätten wissen müssen, dass mit der Übertragung oder dem Erwerb die Einziehung vermieden werden sollte.

2. Indien er naar het oordeel van de Commissie aanwijzingen zijn dat instandhoudings-, controle-, inspectie- of handhavingsregels in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid niet worden nageleefd en dat dit op levende aquatische hulpbronnen, met inbegrip van habitats en populaties van niet-doelsoorten, of de doeltreffende werking van het communautaire controle- en handhavingssysteem een negatieve invloed kan hebben die het noodzakelijk maakt dat met spoed actie wordt ondernomen, geeft zij de betrokken lidstaat ten minste tien werkdagen de tijd om aan te tonen dat de betrokken regels worden nageleefd, en zijn opmerkingen kenbaar te maken.
(2) Hat die Kommission Anlass zu der Vermutung, dass die Bestandserhaltungs-, Überwachungs-, Kontroll- oder Durchsetzungsvorschriften im Rahmen der Gemeinsamen Fischereipolitik nicht eingehalten werden und dies, wenn nicht sofort gehandelt wird, negative Folgen für die lebenden aquatischen Ressourcen einschließlich der Lebensräume und Populationen von Nichtzielarten oder die wirksame Umsetzung der Kontroll- und Sanktionsregelung der Gemeinschaft nach sich ziehen kann, so setzt sie dem betreffenden Mitgliedstaat eine Frist von mindestens zehn Arbeitstagen, um die Erfüllung der Vorschriften nachzuweisen und sich zu äußern.

2. Indien er naar het oordeel van de Commissie aanwijzingen zijn dat instandhoudings-, controle-, inspectie- of handhavingsregels in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid niet worden nageleefd en dat dit op levende aquatische hulpbronnen of de doeltreffende werking van het communautaire controle- en handhavingssysteem een negatieve invloed kan hebben die het noodzakelijk maakt dat met spoed actie wordt ondernomen, geeft zij de betrokken lidstaat ten minste tien werkdagen de tijd om aan te tonen dat de betrokken regels worden nageleefd, en zijn opmerkingen kenbaar te maken.
(2) Hat die Kommission Anlass zu der Vermutung, dass die Bestandserhaltungs-, Überwachungs-, Kontroll- oder Durchsetzungsvorschriften im Rahmen der Gemeinsamen Fischereipolitik nicht eingehalten werden und dies, wenn nicht sofort gehandelt wird, negative Folgen für die lebenden aquatischen Ressourcen oder die wirksame Umsetzung der Kontroll- und Sanktionsregelung der Gemeinschaft nach sich ziehen kann, so setzt sie dem betreffenden Mitgliedstaat eine Frist von mindestens zehn Arbeitstagen, um die Erfüllung der Vorschriften nachzuweisen und sich zu äußern.

2. Indien er naar het oordeel van de Commissie aanwijzingen zijn dat instandhoudings-, controle-, inspectie- of handhavingsregels in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid niet worden nageleefd en dat dit op levende aquatische hulpbronnen of de doeltreffende werking van het communautaire controle- en handhavingssysteem een negatieve invloed kan hebben die het noodzakelijk maakt dat met spoed actie wordt ondernomen, geeft zij de betrokken lidstaat ten minste tien werkdagen de tijd om aan te tonen dat de betrokken regels worden nageleefd, en zijn opmerkingen kenbaar te maken.
2. Hat die Kommission Anlass zu der Vermutung, dass die Bestandserhaltungs-, Überwachungs-, Kontroll- oder Durchsetzungsvorschriften im Rahmen der Gemeinsamen Fischereipolitik nicht eingehalten werden und dies, wenn nicht sofort gehandelt wird, negative Folgen für die lebenden aquatischen Ressourcen oder die wirksame Umsetzung der Kontroll- und Sanktionsregelung der Gemeinschaft nach sich ziehen kann, so setzt sie dem betreffenden Mitgliedstaat eine Frist von mindestens zehn Arbeitstagen, um die Erfuellung der Vorschriften nachzuweisen und sich zu äußern.